J. Greshoff
aan
Menno ter Braak

14 november 1933

14 nov. '33

 

Beste Menno,

Gisteravond heb ik, in één trek, Dumay nog eens gelezen. Door die lectuur is mijn oordeel over het boek in één zin gewijzigd. Mijn bezwaar er tegen blijf ik nog even sterk gevoelen, maar ik heb er nu qualiteiten in ontdekt, welke mij bij de eerste lezing ontgaan waren. Mijn bezwaar ken je. Ik vind de menschelijke materie wat te schraal voor dit betrekkelijk omvangrijke boek; waardoor je bewust of onbewust de lacunes hebt moeten opvullen met wat men noemt: pittoreske tafreeltjes, waar de Hollandsche realisten zulke meesters in waren. Je hebt natuurlijk zelf ook wel die (zij het dan superieur) Robbersachtige kant in het boek ontdekt. MAAR...ik heb nu pas gemerkt hoe BOEIEND het boek is. Ik heb het voor de tweede maal verslonden. Dit is een eigenschap welke wij niet onderschatten mogen, en die ik bij eerste lezing onderschat heb. Vooral in Nederland is de kunst van vertellen, zóó vertellen dat men er naar luisteren moet of men wil of niet, uiterst zeldzaam. Na Hampton Court, dat ik ook herlezen heb en ondanks alle fouten verkiezen blijf (het is een stouter worp), heb ik aldoor gehoord: Menno is geen echte romancier! Pardon. Uit HC en overdonderend uit Dumay blijkt, dat je een geboren romancier bent. Dat je zelfs zou moeten oppassen voor je natuurlijke romanciersaanleg. Iemand, die Dumay kan schrijven, kàn spelenderwijs, als hij daar zin in heeft, ieder jaar zijn romannetje afleveren. Ik zie trouwens niemand die zoo vrij en los vertellen kan. Vergelijk in dat opzicht Dumay eens met de moeilijk gemaakte boeken van Maurice, met de opgewonden dikdoenderij van Doolaard, die zich de verteller van gods genade waant; bij Helman, Henny, Slau......

Met Dumay heb je [m]et de stukken in de hand BEWEZEN, dat je alles hebt om een groot romancier te zijn, zoodra [je] wat méér brute levensmaterie verzameld heb[t]. Het boek zit verder vol met mooie en aardige details, welke ik ook bij eerste lezing over het hoofd gezien heb. Hetgeen bewijst, dat ze in het ensemble op hun plaats staan en niet dadelijk de aandacht van de lezer accapareeren. Summa summarum: een goed, maar mager boek, dat zijn magerte een beetje tracht te bedekken met goedgesneden colbertje, dat natuurlijk te wijd is en om zijn lijf bungelt.

Tot Zaterdag (18 november). Ik verheug mij op de bijeenkomst en hoop vooral dat ik van de zijde van Groot-Nederland goed nieuws te melden heb. Ik lunch met Coenen en dineer met Coenen en de uitgevers. Er zal toch allicht iets uit al die besprekingen braden.

Met heel veel liefs van huis tot huis, geheel je

JAN

 

adres: p/a Mevrouw M.P. Brunt

42-rood Hyacintenlaan

HAARLEM

tel: 12622

 

Ik stuur je een exemplaar van mijn bloemlezing. Schrijf er een stukje over a.u.b. De voorrede heeft in het voorjaar in extremis in Het Vaderland gestaan.

 

Schrijf nu eens een heel duidelijk, rustig zondagstuk over Nutteloos Verzet, opdat het publiek begrìjpe!

 

Origineel: Den Haag, Letterkundig Museum.

vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie