Menno ter Braak
aan
J. Greshoff

Den Haag, 27 augustus 1938

Den Haag, 27 Aug.

 

Beste Jan

Een laatste brief naar de met heimwee herdachte Verne-heuvel, die jullie nu ook binnenkort gaat verlaten. Voorloopig ben je daarna dus onbereikbaar; ik hoop spoedig te hooren, wanneer je weer in Brussel bent. Vandaag kwam je laatste bericht over de aankomst der foto's.

Hein is eergisteren al vertrokken, d.w.z. naar Otterlo, waar zijn vrouw zit. Hij zag erg op tegen de reis als zoodanig; vanmorgen zal hij wel in den D-trein gestapt zijn. Ik hoop, dat hij er van op zal knappen, want hij was masochistischer dan ooit, de laatste dagen. Het is nu juist vrij druk, zoodat ik van 's morgens vroeg in de weer ben.

Van der Veen zond zijn artikel over Chesterton in. Ik vind het, ongelezen het boek, bijzonder goed en vooral uitstekend geschreven. Hij schrijft een klaren stijl, zonder de gewone verdikkingen en verduisteringen der jeugd. Aan De Lang heb ik gezegd, dat hij het heel mooi moest vinden, en hij was dat toen met mij eens. Hopen wij, dat het een goed omen zal zijn voor Adrianus. (Adrianus, voluit Coclico Humpty Dumpty heet overigens ook onze nieuwe kat, die een allerbeminnelijkst beestje blijkt te zijn, dat bovendien met mij voetbalt).

Met Thomas Mann heb ik een zeer onaangename correspondentie over dat stuk in M. & W. Je herinnert je, dat ik in Juan-les-Pins direct aan hem schreef? Hij reageerde daarop eenige dagen geleden met een lauw briefje, waarop ik weer gereageerd heb met een brief, waarvan ik voor de aardigheid de copij insluit (graag bij gelegenheid terug!). Ik heb nog geen antwoord daarop; wel bericht van Thelen, die eveneens teleurgesteld is door deze houding van den ‘grooten burger’.

Nu ik het toch over emigranten heb: Salden zei mij, dat hij, hoewel hij belangeloos zijn foto van Marsman voor het Marsman-no. van Gr. Ned. had afgestaan, geen aflevering ontvangen had. Dat is toch wel schriel, en hij wil die dolgraag bezitten. Zou je Van H. & W. willen verzoeken hem er een te sturen? Hij heet H. Salden en woont p/a Van Aken, Sandhorstlaan 56, Wassenaar. Bij voorbaat dank.

De copij van het Vlaamse nummer kreeg ik. Het lijkt me weer heel aardig. Die meneer Daisne is niet gek. En de gedichten van Van Nijlen zijn deels excellent.

Ik las het stuk van mijn edele zwager in ‘Cassandre’. Zum kotzen. Van der Veen schreef mij, dat hij hem in zijn maag wilde trappen. Een enkel zinnetje is afdoende karakteristiek: ‘Chaque nouvelle publication (de Greshoff) est plus une réclame pour sa personne que un enrichissement pour la littérature neerlandaise.’ En dit is ook niet kwaad van toon: ‘Un certain nombre d'auteurs neerlandais proclamèrent leur animosité vis-â-vis du nationalsocialisme et Greshoff se joignit carrément à eux, sans se soucier de la mauvaise impression que sa volte-face politique allait provoquer.’ En dit wordt dan beschouwd als iets zeer on gunstigs, n.b.!! Enfin: de vaalt wacht.

Ja, die brief over ‘Werk’ is bepaald aandoenlijk. Hoe heerlijk jong zijn die ‘lui’ toch nog, ook al moeten zij dan leven onder de voortdurende nachtmerrie van den Hitler-apocalyps. Hoornik had een uitstekend gedicht in De Gemeenschap, dat ik in het lijfblad citeerde.

Hierbij de aardige brief van Eddy terug. Er zijn tenminste weer perspectieven voor hem, dat is iets. En als hij bij dien Nix een zekere vrijheid van beweging zou kunnen behouden, zou de toekomst nog zoo slecht niet zijn voor hem.

Tot nader maar weer. Laat op je tocht eens een keer een briefkaartje waaien. En veel hartelijks over en weer

je Menno

 

Origineel: Den Haag, Letterkundig Museum

vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie