Willem Elsschot
Aan
Menno ter Braak

Antwerpen, 10 maart 1933

Antwerpen, 10 Maart 1933

 

Waarde vriend ter Braak,

Met wat je me schrijft ben ik het eens. Die toon van dat begin is niet vol te houden. Het onderwerp laat dat niet toe. Maar het is wenschelijk dat die toon aan 't slot teruggevonden wordt, met andere woorden dat mijn kaas verpakt wordt tusschen twee moeders. Ik heb geprobeerd en geloof wel dat ik geslaagd ben. Hierbij paginas 92 tot 95, ter vervanging van de bestaande pagina 92 die ik U verzoek stuk te scheuren.

Nu is nog één ding te doen. Begin en eind weglaten. Maar dan wordt het werkelijk een kaasgeschiedenis en dat was de bedoeling niet. Het begin moest vooral dienen om direkt inzicht te geven in de gevoelige persoonlijkheid van de hoofdpersoon. Wat volgt profiteert daarvan, al geeft de gewone lezer zich daar zoo geen rekenschap van. Ik geloof dus dat het beter is 't begin te laten zooals het is en er het nieuw slot aan toe te voegen.

Greshoff heeft in 't Vaderland op zijn groote trom geslagen. Het doet me plezier, maar toch vind ik het verschrikkelijk.

Ik heb zoo goed als niets gelezen. Geen enkel boek, geen regel van Streuvels, Buysse, Timmermans enz. enz. Alleen De Witte van Claes, zoo bij toeval. Ik ken je werk dus niet, behalve wat ik las in 't Forumnummer. Gaarne zal ik Hampton Court lezen en je met veel genoegen mijn meening doen kennen als die je dan toch interesseert.

Met honorarium Forum ben ik t' akkoord. Ik vind het veel.

Hartelijke groeten,

[A. de Ridder]

 

Origineel: Den Haag, Letterkundig Museum

vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie