Selma Lagerlöf overleden

De schrijfster van ‘Gösta Berling’
Het boek dat haar beroemd maakte

In den ouderdom van 81 jaren is heden naar een telegram uit Stockholm meldt, overleden de bekende Zweedsche schrijfster Selma Lagerlöf.

Selma Lagerlöf werd 20 Nov. 1858 op het landgoed Marbacka in Värmland (Zweden) geboren. Van 1882-1885 werd zij te Stockholm opgeleid voor onderwijzeres, en als zoodanig was zij later werkzaam aan de meisjesschool te Landskrona. Pas pl.m. 1890 begon haar litteraire carrière. Zij zond toen een fragment in (ter mededinging voor een prijsvraag) van haar meest beroemde boek ‘Gösta Berlings Saga’.

‘Gösta Berling’, de boeiende geschiedenis van den ‘mislukten predikant’ en tegelijk een sprookjesachtige beschrijving van haar geboorteland, een herschepping van zijn sagen, maakte geweldigen opgang; het werd niet alleen in Zweden gelezen, maar het beleefde ook vertalingen in alle talen van de beschaafde wereld. In Nederland was het Margaretha Meyboom, die het werk van Selma Lagerlöf vertaalde en bekend deed worden in zeer breede kringen van ons volk. De behoefte aan romantiek na de periode van het realisme is op dit groote succes zeker van invloed geweest, maar de wijze waarop de schrijfster de bijen harer verbeelding in den bijenkorf der realiteit laat binnenvliegen (het beeld is van Selma Lagerlöf zelf) verdient oprechte bewondering. Gösta Berling, de Majoorske van Ekeby, de joyeuze Cavaliers, de duivelsche Sintram, gravin Dohna: zij zijn ook voor velen van ons dierbare bekenden geworden.

De Nobelprijs van 1909.

Na het verschijnen van ‘Gösta Berling’ heeft Selma Lagerlöf geregeld en veel gepubliceerd. Zij vestigde zich te Falun, de hoofdstad van Dalecarlië, maar maakte ook groote reizen, waarvan haar latere werken getuigenis afleggen. Zij werd al spoedig een van de meest geziene litteraire figuren van Zweden. Verschillende ridderorden werden haar verleend; de universiteiten te Kiel en Greifswald verleenden haar het eeredoctoraat; de Fransche regeering benoemde haar tot Ridder in het Legioen van Eer; zij werd het eerste vrouwelijke lid van de Zweedsche Academie. In 1909 verwierf zij den Nobelprijs, die haar toestond het oude familiebezit Märbacka weer aan te koopen.

Wij noemen van haar werken ‘Onzichtbare Ketenen’ (1894); ‘De wonderen van den Antichrist’ (1897); ‘De Koninginnen te Kungahälla’ (1899); den psychologischen roman ‘Singrid’ (1899); ‘Jeruzalem’ (de tocht van Zweedsche boeren naar het Heilige Land (1902); ‘Christuslegenden’ (1904); ‘Nils Holgerssons Wonderbare Reis’ (1907), een aardrijkskundig leesboek; ‘Het Huis van Liljencrona’ (1911); ‘De Keizer van Portugal’ (1914); ‘De Groote Betoovering’ (1925); ‘Anna Svärd’ (1928); ‘De Zilvergroeve’ (1930), e.a. Vooral de ‘Christuslegenden’ en het bekoorlijke ‘Nils Holgersson’ hebben ook te onzent grooten opgang gemaakt.

Haar meesterwerk.

Bij haar 70sten, 75sten en 80sten verjaardag is Selma Lagerlöf overal gehuldigd. Zij heeft tijdens haar leven de erkenning gevonden, die haar het gevoel moet hebben gegeven, dat zij niet te vergeefs heeft geschreven. Toch kan van haar werken lang niet alles de critiek trotseeren. Met ‘Nils Holgersson’, het alleraardigste ‘aardrijkskundige leesboek’, blijft toch ‘Gösta Berling’ stellig het boek, dat haar naam zal vereeuwigen. Wel zelden heeft een auteur zooveel geluk gehad met een schepping als Selma Lagerlöf met haar ‘Gösta Berling’. De stijl is romantisch, maar tegelijk meesleepend en poëtisch; d.w.z. de romantiek ligt er nergens te dik op, het romantische versmelt met den humor van de schrijfster tot een geheel, waaraan wij de onvergetelijkste herinneringen bewaren. Zulk een boek, toegankelijk voor velen, maar niet door de reclame voor de massa bezoedeld, is een uitzonderingsverschijning, en het zou ieder schrijver moeilijk gevallen zijn, zulk een debuut te overtreffen. Selma Lagerlöf heeft dat dan ook niet gedaan, al heeft zij nog heel wat gepubliceerd, dat verdienstelijk genoemd mag worden, maar ‘Gösta Berling’ is een mythische figuur geworden: dat zegt iets over het talent, waarmee Selma Lagerlöf hem geschapen heeft.

Selma Lagerlöf in de practijk.

Ook in het practische leven heeft de overleden schrijfster zich laten gelden; zij mengde zich in den strijd voor het vrouwenkiesrecht, zij was pacifiste, zij koos in de laatste jaren van haar leven zelfs nog partij voor de emigratie. Een Duitsch tooneeldirecteur, die een harer tooneelstukken wilde vertoonen, antwoordde zij: ‘Ik ken den heer Hitler niet en heb niets tegen hem persoonlijk, maar ik kan hetgeen er onder zijn regiem in Duitschland gebeurt, niet goedkeuren.’ Ook voor den strijd in Finland, die geheel Skandinavië aanging, heeft de oude schrijfster nog metterdaad belangstelling getoond door haar gouden Nobelprijspenning ter beschikking te stellen voor het naburige land; het schijnt, dat de spanning der laatste dagen over het lot van Finland mede bijgedragen heeft tot haar dood. Märbacka, haar landgoed, heeft zij door haar initiatief tot een bloeiende bezitting gemaakt; zij interesseerde zich persoonlijk voor het bedrijf. Gasten van diverse ‘pluimage’ heeft zij hier geherbergd, die later getuigden van de gastvrije ontvangst door deze beminnelijke persoonlijkheid.

Theorie over het schrijven.

Tot op hoogen leeftijd heeft de productieve schrijfster nog gewerkt. Een Stockholmsch avondblad heeft haar in verband hiermede eens de vraag gesteld, op welken leeftijd een schrijver de kans heeft zijn beste werk te maken. De schrijfster antwoordde daarop het volgende:

‘Laat mij u in plaats van op uw vraag te antwoorden een goeden raad geven aan alle schrijvers. De moderne opvoedkundigen hebben bevonden, dat het niet gemakkelijk is allen kinderen gelijkelijk onderwijs te geven in het lezen, schrijven, rekenen enz. op den leeftijd van 5, 6 of 7 jaar, doch dat door den juisten leeftijd voor ieder onderwerp te kiezen, opmerkelijk goede resultaten kunnen worden behaald. Daarom geloof ik, dat de moderne psychologie tot de overtuiging zal komen, dat personen, die met een groot literair talent begaafd zijn, eenvoudig naar de aanwijzingen van de natuur te werk moeten gaan. Laat de onstuimige gevoelens van de jeugd zich uiten in lyriek, de werkkracht en ondernemingsgeest van den middelbaren leeftijd in het drama, de epische poëzie en de wijsheid van den ouderdom in de beschrijving van de werkelijkheid. Op deze wijze zal een schrijver het hoogste van zijn gaven op verschillend gebied van de letterkunde kunnen geven.’

Aan zulke uitspraken zou men gaarne twijfelen. Maar als de theorie van Selma Lagerlöf zal zijn vergeten en als alle actualiteit van haar naam zal zijn verdwenen, zal zij nog voortbestaan als de schrijfster van ‘Gösta Berling’, het boek, waarmee wij onze beste romantische uren beleefden.

M.t.B.