Menno ter Braak
aan
C.H. Bos-Everts

Den Haag, 30 augustus 1934

den Haag, 30 Aug. '34

Pomonaplein 22

B.L.,

Hierbij zend ik je dan eindelijk de novelle terug, waarop ik je wel lang heb laten wachten. Ik moet daarover [nu] verontschuldigingen maken, want ik ben niet geëxcuseerd door mijn vak-werkzaamheden. Dit stuk immers las ik met persoonlijke instelling en dus met belangstelling. Maar tot het opschrijven van een oordeel kom ik maar niet. Ik heb te veel ‘schrijfwerk’ om handen, en dat belemmert alle extra penvoering. Maar nu ben ik dan zoover.

Ik zal je precies mijn opinie zeggen. De toon van het geheel ligt mij niet. De besognes van deze menschen liggen mij ook niet. Er zit iets vrijzinnig-protestantsch in de concept. Het is een nuance, waarvan ik alleen maar kan zeggen: dit is wat ik in ‘Politicus zonder partij’ als geest heb gequalificeerd. Er hangt dezelfde sfeer in deze pagina’s als in Barchem, ook al doe je pogingen daaraan te ontkomen. Het ‘hoogere’ en ‘betere’ en ‘diepere’ dringt door alle reten [naar] binnen, zeer ten gerieve van de hoofdpersonen, maar niet tot mijn stichting. De menschen zijn hier gezien in een nauwelijks merkbaar, maar des te penetranter heiligenlicht. Iets van Toorop, maar dan gefiltreerd door Woodbrook[e].

Ik hoop, dat je me deze karakteristiek niet kwalijk neemt. Het is trouwens meer een karakteristiek van mijn houding tegenover de houding dezer Ada’s. In wezen is dit toch echt de familieroman, met de uitvoerige details van het theedrinken en de zondige kus aan het verboden jonge meisje.

Daarentegen vind ik het verhaal níet slecht geschreven! [Het] is zelfs prettig leesbaar, wat het tempo en den zinsbouw betreft, alleen wat uitgesponnen. Daarom zou je het misschien heel goed in een tijdschrift zooals ‘Elsevier’ kunnen geplaatst krijgen. Om de schriftuur behoeft een redactie het zeker niet af te wijzen.

Dit oordeel zal je ongetwijfeld niet bevredigen, omdat je mijn levenshouding te profaan zult vinden. Ik kan me alleen verantwoorden met mijn ‘Politicus’, maar ook die zal je zeker als nuance afstooten. Of je zou deze novelle moeten verloochenen.

Wij waren pas met vacantie, in Zwitserland en Eibergen. Geen erg mooi weer, maar verder best. Nu zit ik weer in de inkt. Het vak bevalt me best, het is lekker oppervlakkig en dat heb ik als milieu noodig. maar soms verlang ik naar de school terug! ‘Het kind’ mis ik onder de abonné’s het meest.

hart.gr., ook aan je man, en bel ons eens op, als je hier bent (393759)

je Menno

Roman is bijna af!

Origineel: particuliere collectie

vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie