Menno ter Braak
aan
D.A.M. Binnendijk [Zutphen]
Eibergen, 26 augustus 1926
Eibergen, 26.VIII.26
Amicissime
Zeer erkentelijk voor je verslag van je amsterdamsche reis, die dus in hoofdzaak aan het gestelde doel beantwoord heeft. Mijn nu weer correct en baardeloos gezicht heeft moeten glimlachen om de tijding uit Groet; vooral het verdrinken van twee dames als teeken Gods voor de tuchteloozen is een prachtig staaltje van het miraculeus ingrijpen eener hoogere Macht in het zenuwziek menschenleven. Overigens heb ik, c’est plus fort que moi, nog steeds medelijden met Pop, omdat ze zenuwziek is; je voelt nu eenmaal, dat zij niet loopt, maar gedreven wordt; waardoor, dat interesseerde mij eens, maar het laat me nu koud. - Het quintet van Loon + Binnendijk was ook niet kwaad. Daarin waren vele schakeeringen van een bloeiend cultuur- en liefdeleven. - Ik zelf leef vacantie-achtig; had al dadelijk de pech door den te laten trein, toen ik uit Zutfen terugkeerde, niet bij Jo te kunnen aanloopen; maar met het oog op Tine’s aanwezigheid was dat misschien ook maar beter. Den volgenden dag haalde ik de schade in. Daarna speelde ik tennismatches, werd uit de mixed met 2-6, 6-4, 6-2 en uit de heerendouble met 6-1, 8-6 geslagen, nogal nette cijfers dus, hoewel ik de laatste partij misschien had kunnen winnen. Zondag danste ik in Hengelo met een meisje, dat buitengewoon saai en onbelangrijk en friesch was, maar reusachtig danste, waarvan dus naar hartelust geprofiteerd; het was een ‘avondje’ bij mijn oom Avéres. Fietste den volgenden dag naar... Neede, alwaar de middag doorgebracht met Jo en Tops ter Haar, die er logeert. Op het gazon gezeten en prettig gepraat en Theo niet gezien. Gisterenavond begaf zich mijn gansche familie naar den huize Planten, mijn moeder per trein, broeders en zusters, plus twee logé’s per fiets. Aldaar jazz gespeeld en me tooneelspeler gevoeld; Theo den heelen avond aanwezig. Ik kwam er als een halve gare vandaan, voel me nog onwezenlijk van een dergelijke comedie; intusschen, ik heb me op Theo’s wijn, die goed was, gewroken. Dit moet zich maar niet herhalen. -
Maritain las ik met belangstelling; hoewel ik een sterke antipathie tegen den geest heb, er staan uitstekende dingen in. Toch schrijf ik er liever niet over, vooral niet in ‘Erts’, omdat de toon allicht polemisch zou worden en het stuk meer het karakter van een apologie dan van een essay zou dragen. Eerlijk gezegd, heb ik geen enkel idee voor den gesauveerden almanak. Heb dus nog even geduld! Misschien Couperus. - Proef van het filmartikel kreeg ik Zaterdag; het is nu wel naar mijn zin, omvat 10 pag. V.Bl. druk. Hoorde je nog iets over het filmnummer? Hierbij ook Jaarsma waar ik eigenlijk mee in mijn maag zat; het is toch eigenlijk ‘net niks’ en toch weer niet zoo beroerd... enfin, mijn geweten heeft me geplaagd en ik hoop, dat deze vorm tenslotte naar behooren is. Je wilt verder wel voor het stuk zorg dragen. - Pijper’s stuk over D. is voortreffelijk, alleen m.i. nog iets te schematisch. - Van Coster hoorde ik, zooals ik trouwens verwacht had, nog niets. Ik zal Henny Marsman even een briefkaart schrijven, om hem te vragen bij gelegenheid eens poolshoogte te nemen; ik heb n.l. altijd heimelijke bezorgdhedens, dat stukken bij de post wegraken.-
Breng aan ouders nog mijn dank over voor de genoeglijke dagen in Zutfen!! Deel ook aan Jan & Nel mee, dat zij mij weer als ‘heer’ kunnen zien rondwandelen. Is de kiek gelukt? Ik houd me daarvoor, als zijnde eenigst document van den barbaren toestand, zeer aanbevolen! - Je zweeg over den Woensdagavond, door te brengen in ‘Negro’??
Op je komst hier 13 Sept. wordt gerekend.
Schrijf nog eens gauw.
Een hart. poot
t â t
je Menno
Origineel: Den Haag, Letterkundig Museum