E. du Perron
aan
Menno ter Braak

Le Roselier, [4 november 1933]

Le Roselier, 2 Nov.

Beste Menno,

Over Napoleon nog dit: koop de Nelson-editie van Chateaubriand's Mémoires d'Outre-tombe, in werkelijkheid 6 dln. over ‘zichzelf en anderen’, in de Nelson-uitgave één deeltje met niets anders dan Ch. over Napoleon. Stendhal kon Ch. niet uitstaan, maar hij kende deze Mémoires niet, die het allerbeste zijn van Ch. en het eenige wat prettig geschreven is - niet onuitstaanbaar verheven en vervelend. Lees het in ieder geval, nu je zoo in Napoleon verdiept bent, want hier heb je een ander portret door een tijdgenoot, die zelf ondanks alles toch zeer de moeite waard was. Schrijf me later eens de verschillen met Stendhal. (Ik heb erg het land dat ikzelf dit alles niet meer lezen kan; ik heb gewoon geen tijd meer helaas!)

Hierbij nog eenige recensies over Coster en iets over jou. Weggooien na lezing.

Bep en ik herlazen samen (d.w.z. Bep las, ik herlas!) Henny's roman. Er staan allerlei dwaze dingen nog in, het is èn onhandig èn dikwijls idioot overdreven, en toch, als men nog een blz. of 10 kon schrappen (bv. de heele Antoine) en Henny ertoe brengen een blz. of 20 totaal te herschrijven, zou men er nog iets aardigs van kunnen maken. Is het omdat ik er Jany in zie? Het gegeven had behandeld moeten worden in 100 blzn. inpl. van 200, en met meer subtiliteit, maar dan was het ook goed geweest. Ik zie nog altijd niet dat het 100% belachelijk is. Verder geef ik je direct toe dat de ‘psychologie’ Henny's sterkste kant niet is. Bij momenten is dit boekje toch (evenals Vera) uitstekend geschreven. - Nu graag Ant's geheel eigen oordeel.

Vandaag ben ik 34 jaar geworden met rheumatiek in mijn rechterschouder. Ik loop met een nek à la Jany, kijk erg hooghartig om, enz. - Ik heb Jany geschreven om hem te vragen wat hij van Charles de Blécourt dacht; buitengewoon benieuwd ernaar. Dat Henny ook 34 jaar is! Zijn Jany is gelardeerd met jongensachtige flinkheden à la Henny zelf. Maar toch... goddank ook dat wij geen ‘rijpe mannen’ zijn, zooals ongetwijfeld Jan Toot, de notaris.

3 November.

Fontenelle is heel aardig (Bep zegt: wel iets beter dan Noël Coward) maar niets superieurs. Als Jan er niet in slaagt het boekje in Brussel te koopen, ik gaf hem op waar hij het wschl. vinden kan, dan zal ik probeeren dit ex. van Guilloux voor je te krijgen. - Ander bericht: Jany heeft Ducroo herlezen en deelt nu tot op zekere hoogte de bezwaren van Henny - te veel inventaris, enz. Het is een alleraardigste brief van Jany, maar daar komt het op neer. Hij wil wel hfdst. VII en VIII in De Gids hebben, maar liever niets anders. Je ziet dus dat het met mijn ‘talent’ nog een dunne historie is, en dat de heer Van der Feen alias de Sinclair voor De Gids althans serieuzer rechten kan laten gelden. Qu'y faire, cher ami, qu'y faire?

Gelukkig dat ik in het Haagsche Maandblad (onder leiding van Dr. Westerman van Doebrovnik) een artikel geplaatst kreeg over d'Artagnan - zéér interessante causerie! - waarmee ik 500 francs verdiende. Verder weer allerlei beroerde berichten uit Brussel. Jan Gr. ziek, Gille ziek (ligt met hooge koorts bij de vegetariërs), Simone die het tegen de misère aflegt. Het geeft mij allemaal geen moed meer om mijn Ducroo voort te zetten; ik zou geld moeten verdienen buiten de literatuur. Als boek in Holland wordt Ducroo bovendien per se een sof.

4 Nov.

Dat Haagsche Maandblad is een ontzettende rijkeluisbedoening: je krijgt ongevraagd 15 overdrukken met je bewijsnummer. Uitgeverij Leopold; daar kan vriend Djoeke toch niet tegenop! Ik stuur je dan ook gezwind een exemplaartje. Heel aardig en nuttig om te lezen, kijk maar.

Nu wou ik graag dat je me omgaand 2 dingen bezorgde: dat zinnetje op blz. 95 van Uren met Coster waar ik al over schreef, en de eerste bladzij van mijn verhalen (Bij wat Stendhal noemt energie.) Ook graag de eerste bladzij van verhaal 2. Die essayistische inleidinkjes kan ik nl. best overbrengen in Ducroo zelf, waar ik ze niet heb. Dat geeft voor den lezer aan dat het om ‘histoires-exemples’ gaat.

Ik werk weer hard aan Ducroo, maar met de moed der wanhoop. Ik zal nooit tijd hebben om het te maken zooals ik het wil!

Stuur mij dus ten spoedigste die dingen, wil je?

Tot zoover dan. Veel hartelijke groeten, ook aan Ant, je

E.

Origineel: Letterkundig Museum, Den Haag

vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie