E. du Perron
aan
Menno ter Braak
Parijs, [14 november 1934]
Parijs, 13 Nov.
Beste Menno,
Vanmorgen kreeg ik je brief, met antwoord op alles. Kan je in Dec. nog een stuk Ducroo doen, nu ik geen aant. heb? of is het beter voor dit speciale nummer geen fragmenten te geven? Let wel op de qualiteit toch van de stukken, want zoo'n verhaal als dat van Roest Crollius bv. is voor mijn gevoel fnuikend.
Mijn idee om 240 blzn. te geven uit je complete productie tot 1935 lijkt me beter; maar als je dat absoluut niet wilt, dan inderdaad alle groote stukken uit Forum + essay uit Die Sammlung (dit schreef ik je gisteren al!) en de geslaagde panopticums. Ook de stukken over Hitler, Ebenbild des Herrn etc. zijn als panopticums te beschouwen. Kan je ze niet groepeeren tot hfdstn. uit een soort ‘journaal’? Ik ben het met je eens dat de selectie streng moet zijn - bv. niet stukjes als over die Albatross-boekjes, maar wèl als over den ‘gebeukten’ Ds. Hooijkaas, als over ‘de nieuwe mensch’, enz. Als ik je er plezier mee kan doen, wil ik je wel signaleeren welke ik zou nemen, maar lijkt je dat hier niet onjuist. Het lijkt mij veel beter als je je eigen keuze volgt; deze wordt toch ook bepaald door het verband met de rest.
Kan je mij niet opgeven wàt je stoort in mijn vertaling? Malraux schrijft in het fransch een zeer eigenaardige, vaak ‘getourmenteerde’, soms ‘opgedreven’ stijl; ik kon dit natuurlijk niet verbeteren. Maar als je werkelijk dingen ziet die je onjuist lijken of slecht overgekomen, signaleer mij die dan vooral; je bewijst me daar een dienst mee. Ik verzeker je dat ik erg bewust ben geweest van het feit dat het in het Hollandsch soms op Dirk Coster kon gaan lijken (alleen door de terminologie dan), en dat ik dit naar beste kunnen heb vermeden. Maar ik moest natuurlijk trouw blijven aan mijn voorbeeld.
Ik zie het stuk van Vestdijk al vóór me. Ofschoon het voor hèm logisch is, dat hij het stuk over Hamlet ‘bevoorkeurt’, kan het mij bij voorbaat al weinig schelen wat hij verkondigen zal, vooral waar de warmte van toon wel totaal verdwenen zal zijn. (Daarnaast jubelt Vic dan over de wereldschokkende prestaties van Jan en Riek Lubbes uit binnen- en buitenland.) Misschien vergis ik mij en valt het stuk mee, maar ik heb nog een nasmaakje van zijn superieure en bedilzieke bespreking van Nutt. Verzet (met een briefje aan mij dat hij het in werkelijkheid veel beter vond dan hij daar verteld had.)
Ik vind die opvatting van Querido ook matig, maar enfin. Ik geloof overigens niet dat er gevaar is voor ons - trouwens, jij staat zoo sterk als iets - maar van alle kanten hoor ik dat hij zeer tevreden kan zijn over den verkoop.
Ik kreeg van Last een gepiqueerd briefje als antwoord op mijn antwoord op zijn reactie. Ik heb hem daarop een scherp stukje moeten terugpennen, waarop voorloopig zwijgen gevolgd is. Dat ‘isoleeren’ van Gans is inderdaad vooral komiek.
Hoe is De Kom? Heb je zijn boek nu al laten bespreken? Door Cola Debrot of Rudie bv.? Of eventueel door Gans? Ik vind dat het een bespreking best verdient, al was het maar om wat het wil zijn, en omdat het zoo tegengewerkt wordt.
Hart. gr. van je
E.
P.S. - Ik ga vandaag en morgen naar de perzische school. Vnl. om te zien wat het wordt. Als het te tijdroovend wordt, scheid ik ermee uit (vooreerst) om coûte que coûte Ducroo af te maken; anders word ik heelemaal idioot. Ik ga dan bv. de heele maand December in de afzondering zitten in St. Brieuc en hoop er dan vrijwel mee klaar te zijn. Hier in Parijs word ik door allerlei dingen afgeleid en gestoord; Parijs is te boeiend, ik heb nooit zoo goed gewerkt hier als in Bellevue en Bretagne. Dus... Maar misschien gaat het, ondanks het perzisch, ook.
Zie ook de geactualiseerde versie van het notenapparaat van de brieven-editie Van Galen Last (1962).
Origineel: Letterkundig Museum, Den Haag