E. du Perron
aan
Menno ter Braak
Tjitjoeroeg, 8 februari 1937
Tjitjoeroeg, 8 Febr. '37.
Beste Menno,
Ingesloten brieven moet je eens bestudeeren. Ik kreeg opeens dit labbekakkige gedaas, per luchtpost, en meteen een boekje (Coen van Slau) met bewerking van de heeren. Niet alleen is de heele scène van sadistisch genot geschrapt, maar het hééle stuk door is ieder onvertogen en onweldenkend woord verwijderd. Vbdn. ‘echt-en bed-genoote’ (blz. 15) bed weg! - (blz. 16) Cortenhoeff mag geen ‘spaansche pokken’ hebben; - (blz. 25) als Saartje God nadoet ‘met een zware jeneverstem’ moet de jenever eruit; (blz. 42) Blaeu mag niet zeggen dat Coen een ‘despoot’ is; en zoo verder. Ik heb het ding met walging weggedaan - het gaat vandaag naar het oord van herkomst terug - en de jeugdige Lubbessen geschreven. De rest lees je in hun proza en in het mijne, waarvan hier een afschrift gaat.
Ditmaal gaat deze brief per gewone post. Ik stuurde hùn het antwoord per luchtpost - daar hadden ze bons voor ingesloten! - en aan Jany ook; ben benieuwd of hij hun de ‘toestemming’ zal geven, d.w.z. de ‘moreele verantwoording’ voor deze laffe knoeierij op zich zal nemen, maar ik betwijfel het zeer. Misschien doen de Lubbesjes, als ze al te ver zijn met hun tooneelvoorbereidinkjes, het dan wel zonder. Ga dan vooral zelf het spektakel aanzien, met tekstboek in de hand, en geef dan het verslag dat ze verdienen. Van mijn brief mag je natuurlijk, wat mij betreft, gerust gebruik maken. Ik vraag me af of hier ook heel of half N.S.B.-igheid achter zit, maar Coen is aan de orde van den dag en hier in Indië hebben ze met alle geweld zijn botjes willen terug vinden en allerlei gebeente laten analyseeren! - een ex-landarchivaris, de heer Bloys van Treslong Prins, heeft gezworen dat hij op een bepaald uur van een bepaalde dag Coen's karkas had teruggevonden: dit karkas geanalyseerd, bleek het een legkaart te zijn uit een massagraf vervaardigd en bestaande uit 74 (meen ik) verschillende ingredienten. Is het niet om je te bepissje?
Later over wat anders. Ik constateer met smart dat heden, 8 Februarij, je antwoord over onze kroniek nog steeds niet is gearriveerd.
Hartelijk je
E.
Ik ga verwoed voort aan Multatuli; Bep stond gisteravond versteld dat ik in weinig dagen zoo'n pak had afgepend. Het is zuiver compilatiewerk, met maar weinig commentaar van mij, maar het is, in de compositie, gelooven wij allebei, alleraardigst. Hier komt Bep zelf om jullie weer wat te vervelen.
[E.d.P.-d.R.:] Nee, ik kom ervan terug: het was de kreet eener moeder - maar ik heb zelf al aan de winkel waar ik het over hebben wou, geschreven. Eddy vergeet het m.i. interessantste feit dat we deze week gehoord hebben, te vertellen: het bruinboek is hier, vanaf het begin, verboden. Nu onthult zich waarom niemand hier ooit van concentratiekampen gehoord heeft. (Over ‘roode gruwelen’ natuurlijk altijd copie te over). En in de hoofdartikelen opmerkingen als deze: ‘in Holland, waar ze een burgemeester afzetten omdat hij in zijn dorp geen plaats heeft voor een paar communisten wien de grond in hun vaderland wat heet werd...’ Omhels van Anrooy van me, als je hem ooit spreekt. Verbeeld je dat ik bijna een ingez. stuk aan je had gestuurd om van mijn sympathie te getuigen, door E. echter weerhouden als zijnde het ‘niet in mijn stijl’. Het was dan ook eerlijk gezegd vooral: a: om een krantenfascistje te prikkelen, dat bij ons moest komen logeeren en geregeld het Vaderland uitspelt, b: om mijn voorzichtige broertje te ergeren. (Vertel hem dit niet over.) Hier is een citaat uit Lévy-Brühl voor als je nog eens over Benda schrijft: ... le malheur disqualifie. Celui qui en est atteint est du même coup déchu moralement. Bij de primitieven zegt een ander: C' est la souffrance et ce sont les accidents de toute espèce auxquels l'humanité est sujette que l'on considère comme une souillure.
Wanneer zendt de Lang jullie nu uit naar Indië? Veel hartlijks aan jullie beiden, Bep
Zie ook de geactualiseerde versie van het notenapparaat van de brieven-editie Van Galen Last (1962).
Origineel: Letterkundig Museum, Den Haag