Zaterdag 11 maart 1933
Duitsche Letteren.
Mirko Jelusich. Ersatzkultur und Kulturersatz. (F.G. Speidel'sche Verlagsbuchhandlung. Wien und Leipzig.)
Van de boeken en boekjes, die ik in den laatsten tijd gelezen heb, is dit ongetwijfeld het allergeniaalste. De heer Mirko Jelusich verdedigt n.l. niet meer of minder dan de volgende origineele stellingen: dat de techniek het handwerk heeft verdrongen, dat Goethe de verpersoonlijking van een cultuurmensch is geweest, dat de tegenwoordige kranten door headlines hun lezers oppervlakkig maken, dat echte kunst tot allen moet spreken, dat stalen meubels de gezelligheid geven van operatiezalen, dat de zuiverheid en de adel der taal telkens in het gedrang komen, dat in het theater het publiek feestelijk gestemd is, bij de film echter dat publiek innerlijk niet ontroerd wordt, dat het schoone, ware en goede moeten worden aangekweekt, dat de pornografie moet worden onderdrukt en dat, sedert de menschheid bestaat, het licht altijd over de duisternis heeft gezegevierd. Aangezien volgens den heer Mirko Jelusich het eenige middel om het licht hierbij een handje te helpen bestaat in censuur, hebben wij de eer, met deze korte woorden afscheid van hem te nemen en hem in het huidige Duitschland een goede markt toe te wenschen.
MENNO TER BRAAK.