Vandaag-tooneel
‘Simili’ en ‘Gevangenen’

De Vandaag-beweging had ons gisteravond uitgenoodigd voor de generale repetitie van eenige tooneelexperimenten in haar zeer intieme zaaltje. De heer John Kooy, hoofdleider van de beweging, zette in een inleidend woord uiteen, dat men toevallig een nieuwen speelstijl gevonden had, die hierin bestond, dat men eigenlijk niet speelde; en voorts, dat de spelers zich hier geheel dienstbaar maakten aan den auteur van de stukken, zeer loffelijke principes voorwaar; maar als men nu niet-spelen opvat in den zin van ‘als dilettant spelen’ en zich dienstbaar maakt aan auteurs, die in machtelooze krampen lucht baren, dan wordt de toepassing der principes toch eenigszins bedenkelijk.

Vooral bij geval 1, geheeten ‘Simili’, ondertitel: ‘een gefantaseerde onwaarschijnlijkheid, zwevend tusschen droom en dood’, kwam de moeilijkheid der toepassing tot uiting, aangezien de auteur, zich noemende en schrijvende Jan Palet, een vergissing had begaan door zijn voortbrengsel aan de secrétaire van zijn bureau te onttrekken. Wat wij zagen verschrikte ons danig door zijn inferieure qualiteit, zoodat wij er niet te veel over zullen zeggen. Er is een beroemde schilder, die zich aan het publiek verkoopt en dus zijn ideaal niet mooi houdt, er is een vrouw met een zwarte ziel, maar (als ik goed begrepen heb) ook nog in dubbele uitgave als blanke vlam aanwezig; er komt een perverse tooneelschrijver op de planken in een nauw wit pakje (wij zijn in Indië) en met een meer verlegen dan pervers gezicht, en ook zijn spraakzame ma is er bij. Het geheel werd bepaald niet goed gespeeld en was allerdwaast.

Niet zoo slecht was na de pauze een ‘psychologisch drama’ (excusez du peu!) in 1 acte van Sagittarius (een onzer medewerkers verzocht mij dringend mee te deelen, dat hij onschuldig is aan psychologie zoowel als drama). Maar het kwam toch maar weer neer op den man, de vrouw en de meid, en was rijkelijk lang en pretentieus. De vertolking (in handen van John Kooy, Rita Gerlach en Will Wemerman) was nu ook wel iets beter, al kwam het gepresteerde toch niet uit boven dilettantenspel.

De groote fout van deze Vandaag-beweging, voorzoover zij tooneel beoefent, lijkt mij, dat zij te magere prestaties met te zware leuzen tracht te pousseeren. Daaruit kan m.i. niet veel goeds voortkomen; laat men de verhoudingen eerst eens omdraaien! Wellicht komt men dan ook nog eens aan een tentoonstelling toe, als men Gisteren of Eergisteren is geworden, zooals die waarmee nu de Tachtigers in het Gemeentearchief geëerd worden; maar dat zal nog wel even aanloopen, en dus gooie men energiek het roer om, morgen of overmorgen.

M.t.B.