Nog een opheldering.
Uit Chicago bereikt mij een brief van Frank J. van der Hoeven, den oudsten zoon van J. van der Hoeven, den vriend van Multatuli, aan wien deze de brieven gericht heeft, waarover eenigen tijd geleden eenige opschudding is geweest. Het bestaan van drie zoons van van der Hoeven, uit zijn eerste huwelijk, was mij bekend; over hun verblijfplaats wist ik echter niets. Het blijkt uit dezen brief, dat Frank J. van der Hoeven sedert 50 jaar in Amerika woont.
Ik neem hier nota van dit schrijven, omdat deze zoon van van der Hoeven kennis heeft genomen van de discussie in Het Vaderland tusschen mr S. Tromp Meesters en mij. De heer Tromp Meesters voerde daarbij als bewijs voor de onbetrouwbaarheid van Multatuli's brieven aan, dat de f 500, die ‘Edu’ volgens de correspondentie ontvreemdde, nooit door de erfgenamen waren opgeëischt. Hoewel dit op zichzelf nog niets tegen het feit zou bewijzen, is een passage uit den brief van Frank J. van der Hoeven voldoende om het argument van mr Tromp Meesters te ontkrachten. Hij schrijft letterlijk:
‘As a matter of fact, I knew that Edu owed my father 500 gulden or even a little better. But as I stated, that I did not have proof (het bestaan der correspondentie was dezen zoon onbekend, zooals uit de rest van zijn brief blijkt), and as Edu had not yet returned to Holland, before we left, we were not in a position to press our claim.’
M.t.B.