Briefwisseling Menno ter Braak - Alexander Cohen
Alexander Cohen
aan
Menno ter Braak
Toulon, 31 maart 1937
Toulon, 31 maart 1937
Zeer geachte Heer ter Braak,
Mag ik U wèl bedanken voor de uiterst-sympathieke, ònhollandissime, uitgebreide recensie van myn boek in het Vaderland? Deze bespreking verraste mij te aangenamer - met een bysmaakje van gloeiende kolen! - waar ik een beetje boos op U geweest was om het nièt-beantwoorden van den brief, dien ik U, een tyd geleden, schreef en waarin ik vroeg of U misschien geneigd zoudt zyn, en gelegenheid hebben, een fragment van myn boek op te nemen in Uw rubriek aan het Vaderland.
Begryp mij goed! Een àl of nièt uitdrukkelijk gemotiveerde ‘afwyzende beschikking’ op myn vraag zou my nièt ontstemd hebben. Waarom zou het? U kende my niet, U wist, wat nu uit Uw recensie blykt, niets van myn werk, en een a prioristisch scepticisme, met betrekking tot de waarde daarvan, zou dus, Uwerzyds, volkomen verklaarbaar geweest zijn. Wat my ergerde was alléén Uw zwygen. Maar misschien is myn brief, dien ik U, Uw whereabouts destyds niet kennend, via het Vaderland adresseerde, op het redactie-bureau verslingerd en U niet in handen gekomen.
Ceci dit, een paar kantteekeningen bij Uw stuk.
Uw onbataafsche verdediging van de edele scheldkunst, Uw ‘hiërarchisatie’ daarvan, heeft my groote deugd gedaan, zooals de Vlamingen dat zeggen. Idem de analyse van myn non-conformisme. En met dat wat U de ‘theorie als tydelijke behuizing’ noemt, stem ik voor een goed deel in. Maar U vergist zich, du tout au tout, waar U de Action Française definieert als ‘een beweging die geen beweging achter zich heeft’! De A.F. oefent een sterke en voortdurend toenemende attractie uit op de intellectueele keur van het fransche volk, die, veertig jaar geleden - ik leef hier sedert bijna een halve eeuw en spreek met kennis van zaken! - voor 80 procent onverdacht republikeinsch, voire ‘radicaal’ was maar die nù het immonde, heerschende regiem verfoeit en uitspuwt. U zoudt zeker verwonderd zyn als U wist hoe groot het aantal royalistische of met de royalistische ‘idée’ sympathiseerende dag- en weekbladen in het land is. Al wat in Frankryk helder zièt, zuiver dènkt en nièt, als maden in en op een kreng, òp en vàn het sedert lang in staat van ontbinding verkeerende regiem leeft, gaat, geleidelyker-wyze over naar de Action Française, de éénige dam tegen de communistische bestialiteit. Wait and see!
Vindt U - deze opmerking zonder ook maar de gerìngste bedoeling van anti-critiek! - vindt U myn verwachtingen van hetgeen het herstel van het koningschap voor Frankryk zou kùnnen beteekenen, inderdààd zoo ‘verbluffend van naieveteit’? Is de ‘enorme dosis gezond verstand’, die U by my onderstelt - U bent de éérste die my dit compliment maakt, en ik word, in den regel, versleten voor een van àlle gezond verstand hopeloos verstoken impulsief! - is deze bon sens hiér zoodanig in gebreke, dat alleen een verbysterende onnoozelheid my de dingen zoo doet zien? Misschien zal een hèrlezing, bij tyd en wyle, en à tête reponsée, van myn monarchistische - maar niet fetichistische! - belydenis, U van deze appreciatie doen terugkomen.
Dit nog: Uw gelykstelling, Uw identificatie, van myn herinneringen met een Scheeps-journaal is even amusant als juist.
Met zeer veel vriendelijks en de herhaalde uitdrukking van myn erkentelykheid voor Uw ysbrekers-werk
t.à.v. Alexander Cohen
P.S. - Kent U het éérste deel (In Opstand) van myn herinneringen? Zoo niet - mag ik dit even van U weten? - dan zal ik den uitgever van het boek verzoeken - eischen kan ik dit niet! - U een exemplaar toe te zenden.
In het U gisteren toegezonden exemplaar van myn bundel: Uitingen van een reactionnair, heb ik verzuimd een correctie te maken, die U wel zult willen aanbrengen. - Op blz. 159, regel 3 van onder staat: hurting. Dit moet zyn hitting.
Origineel: particuliere collectie