[p. 32]

[Colofon]

De schrijvers van deze opstellen hechten er waarde aan te verklaren, dat zij hun oordeel over elkanders werken onafhankelijk van elkaar formuleerden. Het polemisch verband moet dus slechts gezocht worden in de verhouding der standpunten in het algemeen; de volgorde, waarin deze opstellen zijn geplaatst, is geheel toevallig.

 

Anton van Duinkerken (pseudoniem van W.J M.A. Asselbergs) werd 1903 te Bergen op Zoom geboren en is redacteur aan De Tijd en medewerker aan vele tijdschriften. Dichtbundels: ‘Onder Gods Oogen’, ‘Lyrisch Labyrinth’, ‘Het Wereldorgel’ en ‘Hart van Brabant’. Proza en essays: ‘De Ravenzwarte’, ‘Verdediging van Carnaval’, ‘Hedendaagsche Ketterijen’, ‘Katholiek verzet’, ‘Welaan dan beminde geloovigen’, ‘Dichters der Contra-Reformatie’, ‘Dichters der Middeleeuwen’ en ‘Verscheurde Christenheid’.

 

Dr. Menno ter Braak werd 26 Jan. 1902 te Eibergen geboren. Hij studeerde aan de Universiteit van Amsterdam in de geschiedenis en Ned. letteren, promoveerde in 1928 op een proefschrift ‘Kaiser Otto III’. Hij was van 1932 tot 1935 redacteur van het tijdschrift Forum, en is thans redacteur letteren en kunst van het dagblad Het Vaderland. Werken: ‘Cinema Militans’ (1929), ‘Het Carnaval der Burgers’ (1930), ‘De Absolute Film’ (1931), ‘Hampton Court’ (1931), ‘Afscheid van Domineesland’ (1931), ‘Man tegen Man’ (1931), ‘Démasqué der Schoonheid’ (1932), ‘Dr. Dumay Verliest...’ (1933), ‘Politicus zonder Partij’ (1934), ‘De Pantserkrant’ (1935), ‘Het Tweede Gezicht’ (1935), ‘Van Oude en Nieuwe Christenen’ (1937).