Joris Ivens:
Mijn Russische reis I

Wij ontvingen de volgende brief, die wij hierbij afdrukken, ofschoon zij niet ‘persklaar’ geschreven is:

 

Uit het huis van Eisenstein, waar ik hier in Moskou (woningnood!) logeer, eenige eerste indrukken. Ik heb gisteren mijn eerste lezing over Nederlandsche avantgarde en de Nederlandsche Filmliga gehouden, van wier werk men hier trouwens dank zij Pudowkin zeer goed op de hoogte bleek. Een overweldigende opkomst, ik zal een tweede avond moeten geven, daar lang niet allen een plaats konden krijgen.

Deze lezing was georganiseerd door de A.R.R.K. dit is de vakorganisatie voor allen die in de film werkzaam zijn. Pudowkin leidde in, zeer uitvoerig en herinnerde daarbij aan zijn lezing voor de Amsterdamsche Filmliga, een jaar geleden. Ik hoor, dat Eisenstein nu ook in Amsterdam was en voor de Filmliga zijn ideeën uiteengezet heeft. Men zal dan gemerkt hebben dat, bij al hun kwaliteiten, grooter verschil dan tusschen deze beide naturen nauwelijks denkbaar is.

Bij ‘Regen’, de film van Franken en mij, bij ‘De Brug’ en de ‘Zuiderzeewerken’ werd gedurende de vertooning herhaaldelijk geapplaudisseerd. Dat doet je wat als je zelf weet wat zoo'n applaus bij een zwijgend beeld, zooals wij b.v. bij de ‘Bäuerinnen’ van Preobazenskaja hadden, beteekent.

Ik ga thans eerst nog eenige voordrachten houden aan de hier gevestigde filmuniversiteit, daarna een tourneé, op uitnoodiging van de cultureele vereeniging de Woks, waarbij o.a. Tiflis, Bakoe, Odessa en dan terug over Kiew, misschien ook Nisni Novgorod. Ik hoop, dat ik ook een uitnoodiging voor Georgie en de Ukraïne kan aannemen, de laatste vooral in verband met de Wufku-films en om Dousjenko, die wij van ‘Zvenygora’ kennen, te ontmoeten. De lezingen te Leningrad blijven wachten tot ik van die tournée terug kom. Over mijn indrukken van de nieuwe Russische films spoedig meer. Moskou, Februari '30