[p. 1169]

Gedichten uit ‘Een winter aan Zee’

 
Golven, den dood voor oogen,
 
stellen, juublend terneer,
 
die vale zee te logen
 
waaruit, in de oogopslag
 
van den mensch, keer op keer,
 
langontvolkter eilanden
 
branding nog dof gewag
 
maakt van jammer en schanden.

A. Roland Holst