[p. 157]

Aanteekeningen

Het groote démenti

De hooge contracteerende partijen verklaren plechtig, in naam van hunne volken, dat zij het ten oorlog gaan om internationale geschillen op te lossen veroordeelen, en dat zij van oorlog als instrument van nationale politiek in hunne onderlinge betrekkingen afzien.
Art. 1, ‘Kellogg-Pact’
De Vereenigde Staten zijn dit jaar bezig zich te ontwikkelen tot een groote militaire en maritieme mogendheid. Amerika bewapent zich, Frankrijk bewapent zich, Duitschland bewapent zich, en zoo voort. De noodlottige cirkel van macht en vrees is opnieuw bezig zich te ontwikkelen. De komende oorlog wordt overal voorbereid, ofschoon nauwelijks 4 maanden zijn voorbij gegaan, sinds het Kellogg-pact, dat den oorlog buiten de wet stelt, onderteekend werd.
‘Daily Herald’, 1 December 1928
De hooge contracteerende partijen komen overeen, dat het uitmaken of oplossen van geschillen, die tusschen hen zouden kunnen rijzen, nooit, wat de aard of de oorsprong ook moge zijn, door iets anders dan door vreedzame middelen zal worden verwezenlijkt.
Art. 2 ‘Kellogg-Pact’
De publicatie van het geheime Fransch-Belgische verdrag heeft de officieele kringen te Washington ten zeerste verrast. De regeering heeft haar standpunt nog niet bepaald. Begrijpelijkerwijze interesseert men zich hier meer voor de uitwerking van dit verdrag op het verdrag van Kellogg, dan op het verdrag van Locarno.
Persbericht
Men verbeelde zich niet, dat de commissie voor chemische oorlogvoering, gelijk uit de ‘Army List’ blijkt, in werkzaamheid ook maar eenigszins verslapt is sedert de blanke duif, die in Locarno is uitgebroed, over de aarde begon te vliegen. Daar dit zoo is, mag men gerust aannemen, dat er in geen ander land eenige verslapping is in de toebereidselen van menschen, om hun medemenschen te vergiftigen, wanneer de eerst volgendedagaanbreekt.
De Britsche generaal Sir Ian Hamilton in de Britsche Encyclopaedie
(N.R. Ct., 27 Febr. '29)
De door de Nederlandsche dagbladen gepubliceerde tekst van het Fransch-Belgisch militair verdrag werd hier alleen door drie, vier Vlaamsche bladen bekend gemaakt. De meeste Fransche kranten bepalen zich, als ze iets van den tekst geven, tot een zeer kort résumé. Van verontwaardiging onder het publiek over den inhoud van het verdrag is daarom geen sprake.
Het ‘Handelsblad’, 26 Febr. '29
Geen enkel Fransch-Brusselsch blad, behalve dan de ‘Dernière Heure’ heeft tot nog toe dezen tekst geheel of gedeeltelijk overgenomen.
N.R. Ct., 1 Maart '29
Stellig ingevolge een wachtwoord van de Quaid'Orsay verklaren de bladen het incident gesloten na de bekende officieele tegenspraken.
N.R. Ct., 28 Febr. '29
Zooals de ‘Times’ hedenmorgen de onthullingen van het ‘Utrechtsch Dagblad’ negeerde, zoo doen ook alle avondbladen, die daarmee blijkbaar hun instemming te kennen geven met wat in ambtelijke Engelsche kringen over het geval wordt gezegd.
Het ‘Handelsblad’, 26 Febr. '29
In gezag hebbende Britsche kringen is niets bekend van een Britsch-Belgisch militaire entente. Dat ware ondenkbaar 18 maanden na Locarno...
Reuter
De mogelijkheid wordt blijkbaar niet uitgesloten geacht, dat militaire autoriteiten over plannen van dezsn aard hebben gedacht. maar, zooals de ‘Morning Post’ vanochtend al schreef, en wij nu weer nadrukkelijk bevestigd kregen, is van Britsche regeerings sanctie voor eenig plan van dien aard geen sprake.
Het ‘Handelsblad’, 26 Febr. '29
Het is mogelijk, dat wij hier te doen hebben met besprekingen gevoerd, of afspraken gemaakt, door een Engelsch militaire vertegenwoordiger voor een veronderstelde mogelijkheid van britsche deelneming, welke afspraak dan - evenals die van 1906 en volgende jaren met den franschen Generalen Staf - niet formeel door de Britsche regeering bekrachtigd zou zijn, en door haar naar behoefte verloochend wordt.
Generaal b.d Snijders in ‘Het Vaderland’
Mogelijk is het, zeide Vandervelde, hoewel geenszins bewezen, dat een of ander Belgische officier eens op eigen hand een nota heeft opgesteld, maar het is toch duidelijk dat een dergelijk aan de eigen regeering onbekend gebleven stuk niet de minste beteekenis kan hebben.
N.R. Ct., 28 Febr. '29
Afgezien van het verdrag van Locarno is er sinds den oorlog tusschen Groot-Brittannië en België geen overeenkomst, meebrengende eenigerlei verplichting, gesloten. Evenmin bestaat er eenigerlei militaire overeenkomst of afspraak tusschen den Britschen Generalen Staf en eenige buitenlandsche mogendheid.
Verklaring van de Engelsche regeering in het Lagerhuis
Het Fransch-Belgische militaire akkoord heeft alleen betrekking op een niet uitgelokten aanval van Duitschland. De tekst ervan werd in 1920 aan het parlement bekend gemaakt. De uitvoerende bepalingen, overeengekomen tusschen de beide generale staven, zijn uiteraard geheim.
Het officieele Belgische démenti
Het Fransch-Belgisch verdrag, dat te Genève aan den Volkenbond is bekend gemaakt, is een defensief verdrag voor het geval van een niet uitgelokten aanval van Duitschland Maar het is waarschijnlijk, het is zeker, dat voor de uitvoering van dit verdrag de generale staven van beide landen zijn bij een gekomen en militaire bepalingen hebben opgesteld, en militaire regelingen hebben getroffen, die geheim zijn en die waarschijn-
[p. 158]
lijk niet aan alle ministers bekend zijn.
‘Het Volk’, 25 Febr. '29
Werden sommige der onthulde bepalingen misschien uitgewerkt, door een of ander fantast in een bureau van oorlogsministeries? Het is mogelijk, zegt Vandervelde, doch onwaarschijnlijk, maar dan heeft men toch nog niet het recht een regeering te beschuldigen.
‘Het Volk’, 27 Febr. '29
...dat formeel wel juist is, dat zulke opvattingen de regeering niet binden, maar dat de praktijk iets anders leert. Wij verwijzen slechts naar het gebeurde vóór 1914 tusschen de Fransche en Engelsche generale staven. Terwijl de Engelsche regeering en formeel terecht, kon volhouden, dat zij door niets gebonden was, had toch de chef van de operatieafdeeling van den Engelschen generalen staf, Sir Henri Wilson, reeds in Juli 1911 aan den Franschen generalen staf de hulp van Groot-Brittanië toegezegd.
Wie de geschriften raadpleegt, die sindsdien over deze periode verschenen zijn, weet ook met volkomen zekerheid, dat deze toezeggingen gedaan zijn niet zonder medeweten van althans enkele leden van het Kabinet. Maar...formeel, van regeering tot regeering, was Engeland niet gebonden. In het licht der historie beteekent het zoo goed als niets wanneer men zegt, dat de regeeringen door zulke afspraken tusschen de generale staven niet gebonden zijn.
‘De Standaard’
Als een generale staf een krijgsplan ontwikkelt voor een eventueelen veldtocht en daarnaar heel de legerorganisatie inricht, dan kan men, als het tot den veldtocht komt, niet dat plan eenvoudig verwerpen en in vliegende haast een ander in elkaar zetten; een regeering is nu eenmaal aan de plannen van den generalen staf gebonden.
‘De Volkskrant’
Het groote gevaar van militaire accoorden als waar het hier om gaat, schuilt immers juist daarin, dat eenige militairen buiten regeeringen en diplomaten om, zulke afspraken maken en de geheele defensie van het land daarnaar inrichten. Als dan onverhoopt de nood aan den man komt, kan er geen verandering meer in worden gebracht.
N.R. Ct.
‘Steekt U mij, bij mobilisatie, welke ons buiten ons toedoen wordt opgedrongen een spaak in het wiel, ja dan neen?’
De Minister van Oorlog in de Tweede Kamer, naar aanleiding van de rede van den sociaal-democraat Van Zadelhoff
‘Wij willen en moeten ons de vrijheid voorbehouden, om in elk afzonderlijk geval te zijner tijd onze houding te bepalen, om dan in verband met de bedoelingen waarmee, de vooruitzichten waarin, de omstandigheden waaronder, de redenen waarom en de wijze waarop zoodanige mobilisatie zou worden ondernomen.’
Albarda naar aanleiding van het ‘Ja of Neen’-incident in de Tweede Kamer
Hoe gevaarlijk, hoe immoreel deze geheime militaire besprekingen zijn, heeft ons de geschiedenis geleerd. Daar worden bindende afspraken gemaakt, waarop wederzijds de geheele oorlogsvoorbereiding wordt gegrond. Afwijking hier van op het beslissende oogenblik is niet meer mogelijk. Maar inmiddels zijn de volken en parlementen onkundig. Ze verbeelden zich, dat bij een eventueel conflict de beslissings-vrijheid hunner regeeringen ongerept is gebleven en te laat ontwaren zij, dat die regeeringen moreel en zakelijk gebonden zijn en bij het intreden van een ernstige politieke crisis, tegen wil en dank in den oorlog worden meegesleept.
Generaal b.d.C.J. Snijders in ‘Het Vaderland’, 2 Maart '29
De radicale ‘Oeuvre’ herhaalt de meening, die hier overal wordt uitgesproken, dat de gepubliceerde tekst zóó dwaas is, dat een verstandig mensch er niet aan gelooven kan.
Het ‘Handelsblad’, 27 Febr. '29
Ook de militaire medewerker van ‘De Maasbode’ betoogde uitvoerig, dat het militaire stuk een sterken indruk van echtheid maakte en zette zelfs uiteen, dat het uit strategisch oogpunt een hoogst bekwaam stuk werk was. Hieruit blijkt dunkt ons, duidelijk, dat militairen zelf de monstruositeiten uit de stukken volkomen redelijk vinden.
‘Het Volk’, 1 Maart '29
Zeker is het, dat de ontwikkelde plannen uit een zuiver krijgskundig oogpunt, dus met terzijdestelling van elke overweging van staatkundigen, volkenrechtelijken of moreelen aard, alleszins rationeel en voor het daarmee beoogde strategische doel geschikt moeten worden geacht.
Generaal b.d. Snijders in ‘Het Vaderland’
Ook tot het meest ‘ondenkbare’ achten wij legerstaven, met hun ‘cynische gewetenloosheid dan wel misdadige onkunde’ (woorden van de N.R.Ct.) in staat.
‘Het Volk’, 27 Febr. '29
In de eerste plaats is te constateeren, dat al moge dit document ook eenige schijn van authenticiteit voor den leek opleveren, het onhoudbaar is, bij de nauwkeurige nalezing door iemand die op de hoogte is van militaire zaken.
‘La Nation Belge’, 26 Febr. '29
Wij hebben nu te doen met een volledig document van volkomen begrijpelijken inhoud en logischen gedachtengang. Het stuk draagt den kennelijken stempel van betrouwbaarheid en echtheid...Dit is een stuk van verpletterende realiteit. Men zal natuurlijk de echtheid betwisten, maar dit zal niet baten. Zoo'n stuk verzint men niet.
Generaal b.d.C.J. Snijders in ‘Het Vaderland’ van 2 Maart'29
De militaire medewerker van het ‘Journal des Débats’ bespreekt nauwkeurig en zakelijk de militaire argumenten, die pleiten voor de stelling, dat men met een vervalsching te doen heeft...
De deskundige schrijver betoogt het recht, dat Frankrijk en België hadden, om met het oog op den aanval door Duitschland, een defensieve overeenkomst aan te gaan en van de militaire overheid aan beide kanten om het over de uitvoering van die bepalingen eens te worden. Deze besprekingen bedreigen den vrede niet, omdat zoolang de oorlogstoestand niet officieel is afgekondigd in Frankrijk en België het burgerlijk gezag de militaire overheid onvoorwaardelijk in de hand heeft.
N.R. Ct. van 3 Maart '29
[p. 159]
...dat het geheim militair verdrag slechts voor het geval van een geprovoceerden oorlog is gesloten, hetgeen natuurlijk niets zegt, want iedere oorlog kan als geprovoceerd worden beschouwd.
‘Utrechtsch Dagblad’
In den Duitschen Rijksdag heeft onze partijgenoot Stampfer hoofdredacteur van den ‘Vorwärts’, onder luide instemming zijner fractiegenooten gezegd:
‘Juist op dit oogenblik beleven wij, welk een geweldige opwinding door de publicatie van een beweerd Fransch-Belgisch militair verdrag, in de geheele wereld is ontstaan. Het is een onbetwist feit, dat in weerwil van Locarno en Kellogg-pact Europa door een net van militaire verdragen overdekt is. Het moet aan de vredesbeweging en de socialisten aller landen gelukken dit net te verscheuren. Elk geheim militair verdrag bedreigt den wereldvrede en het is een misdaad een volk verplichtingen op te leggen, die het niet kent.’
‘Het Volk’, 1 Maart '29
...hoe het Fransch-Belgisch militair accoord tot stand kwam, toenvier sociaald emocraten in de regeering zaten, terwijl een van deze vier, de heer Vander velde minister van buitenlandsche zaken was.....
‘De Schelde’
We hebben het in 1928 beleefd, en moeten het nu weer constateeren, dat de conservatieve regeering van Groot-Brittanië trots de bittere ervaringen, aan het systeem van geheime overeenkomsten blijft vasthouden.
‘Het Volk’, 26 Febr. '29
‘Er werd een verdrag gesloten, dat geregistreerd werd bij den Volkenbond. Het spreekt vanzelf, dat ter uitvoering van dit verdrag uitvoerende militaire bepalingen moesten worden gemaakt.’
Kamiel Huysmans in de vergadering in ‘Carré’
Dat de overeenkomstender generale staven, ook wanneer men ze slechts als onschuldige, technische besprekingen zou willen voorstellen, van beslissende beteekenis kunnen zijn, wordt ook door het ‘Berliner Tageblatt’ naar voren gebracht. Een misleiding van de openbare meening door zulke uitvluchten is na het voorbeeld van de overeenkomsten tusschen de Fransche en Engelsche generale staven van het jaar 1912 niet meer mogelijk.
‘Frankfurter Zeitung’, 26 Febr. '29
J.J. de Roode: ‘Na Locarno kunnen de geheime verdragen vervallen.’
Een vrouwenstem: ‘Maak ze dan publiek!’
De heer De Roode: ‘Ze zijn publiek, want na Locarno bestaat er niets dan wat bij den Volkenbond geregistreerd is.’
Verslag vergadering S.D.A.P. in Carré
...immers in den te Genève geregistreerden brief van den Belgischen minister van Buitenlandsche Zaken (Sept. 1920) staat nadrukkelijk, dat de Belgische regeering haar goedkeuring hecht aan het militaire verdrag, waarvan de tekst is geteekend 7 September 1920 door de Fransche en Belgische opper bevelhebbers. Die tekst is nooit gepubliceerd en het geheim militair verdrag bestaat dus wel degelijk.
‘Het Volk’, 1 Maart '29
Senator Borah sprak de hoop uit, dat de onthullingen over eenig militair verdrag tusschen Frankrijk en België niet in overeenstemming zouden zijn met de waarheid. Geheime verdragen en militaire verbonden zijn in den tegenwoordigen tijd en ook wegens de vele assuranties der beide naties, ongerechtvaardigd.
Persbericht
In datzelfde jaar 1920 nu heeft Frankrijk eveneens geheime militaire verdragen gesloten met Tsjecho-Slowakije en Polen. Dit voorbeeld is op groote schaal gevolgd. Mussolini houdt er eveneens verschillende geheime militaire verdragen op na, met Hongarije, met Albanië en waarschijnlijk met Bulgarije en Griekenland. In de russische randstaten wemelt het van militaire verdragen.
‘Het Volk’, 1 Maart '29
Belangrijker is het niet ontkende feit, dat dergelijke militaire verdragen nog steeds bestaan of gesloten worden. In het dichte net van vriendschaps- en arbitrageverdragen, die geheel Europa omvatten, zijn zij de lont, die de gevaarlijkste explosies te weeg brengt.
Het is dezelfde paradoxale tegenstelling als tusschen het Kellogg-Pact en den wedloop in bewapening. Maar tenslotte wordt er in het openbaar bewapend, terwijl militaire verdragen geheim blijven en volken aan clausules binden, die ze niet kennen en waarvan het mechanisme in het diepste geheim werkt en reeds feiten in het leven roept voor dat een of ander parlement over de vraag oorlog of vrede kan beslissen. Het is hier als met de mobilisatie: in 1914 hoorden we immers van russischen en duitschen kant dat de eenmaal in werking gezette machine niet meer kon worden opgehouden of van richting kon veranderen.
‘Frankfurter Zeitung’, 25 Febr. '29
Over dit spoorwegnet is reeds in de pers veel te doen geweest; dat is toch waarneembaar. ‘Men kan toch de juistheid van de publicatie daaraan toetsen. De lijn Antwerpen -Esschen moet in 1929 tot vierdubbel spoor zijn gebracht. Welnu, die lijn is in de maak.
‘Het Vaderland’ van 1 Maart '29
Ook is de verdubbeling der belgische spoor- en tramwegen naar de nederlandsche grens niet verklaard.
‘Het Volk’ van 27 Febr. '29
Bij de nederlandsche socialisten valt echter, naar hij (Vandervelde) verzekerde eenige kentering te bespeuren, welke is ingetreden nadat ze telefonisch overleg hadden gepleegd met de belgische partijleiders.
N.R. Ct. van 28 Febr. '29
Van een verdubbeling van de lijn naar Esschen is ons niets bekend, zei hij (de secretaris der Transportarbeiders). Van de spoorlijnen in aanleg is er geen een in aanleg.
M(atthijsen) in ‘Het Volk’ van 1 Maart '29
Frank Heine heeft het bewuste dokument niet alleen vervalscht. Hij werd in deze zaak geholpen door den spionnage dienst van het Belgische departement van Landsverdediging.
‘Het Volk’
De Nation Belge, die Frank Heine van dichtbij blijkt te kennen, zegt, dat hij achtereenvolgens en zelfs gelijktijdig de Duitsche, de Belgische, de Nederland-
[p. 160]
sche spionnage en contra-spionnage heeft bedrogen en het geen verwondering behoeft te baren, indien hij ook op een gegeven oogenblik in dienst was van de ‘intelligence-service
N.R Ct van 4 Maart '29
De Justitie heeft echter geconstateerd dat de agenten van den inlichtingendienst het valsche stuk hebben gekend en er in toegestemd hebben dat het in omloop kwam. Dit is ongetwijfeld een font. Zij hebben een ovevdreven ijver aan den dag gelegd om buitenlandsche spionnagediensten schaakmat te zetten.
De regeering samen met den chef van den generalen staf opende een administratief onderzoek met het gevolg dat de chef van voornoemden dienst ontheven werd uit zijn ambt wegens gemis aan waakzaamheid bij de vervulling van een onder zijn gezag staanden specialen dienst. Er zullen ook maatregelen worden getroffen om herhaling van dergelijke fouten te voorkomen.
België is wel verplicht zich tegen de buitenlandsche spionnage te verdedigen maar ook in dit geval wil het een defensieve rol spelen.
Minister Jasper in de Belgische Kamer
Met verbazing werd verleden week vernomen, dat de vervaardiger van de valsche stukken, dien de h.h. Vandervelde en Van Cauwelaert in de Kamer, voordat zijn naam bekend was, een misdadiger noemdeu, op vrije voeten gesteld was. In het rekwisitorium van den heer Hayoit, prokureur des konings, luidt het, dat het niet in de bedoeling van den dader lag te schaden. dat hij integendeel het plan had vijanden van den Staat te ontmaskeren. Om die redenen zou er geen grond zijn tot preventieve hechtenis.
Tegen Frank Heine, die ook voor een Duitschen bespiedings dienst werkzaam was, zou men dus geen artikel kunnen vinden, om hem te vervolgen, en eenige confraters bejammeren zelfs het vermeende feit, dat er in ons land geen wet tegen spionnage bestaat.
Dat is een volslagen vergissing. In ons Wetboek van Strafrecht bestaan wel degelijk strafbepalingen tegen bespieding in tijd van vrede en in tijd van oorlog.
Het laatste nieuws (Brussel) 12 Maart '29
Misschien dat redenen van staat en militaire veiligheid er toe zullen leiden, dat men al dat geknoei door spionnage- en contra-spionnage-organisaties, in het tijdperk van den volkenbond...zal weten weg te houden van het voetlicht der openbaarheid.
G. Nypels in het ‘Handelsblad’, 4 Maart '29
Het is vrijwel gewoonte van zulke stukken, die tegen den zin der contracteerende partijen openbaar gemaakt worden, de echtheid te ontkennen. Zulk een ontkenning zou dan ook o.i. niets bewijzen.
Het_ ‘Handelsblad’, 25 Febr. '29
Intusschen zullen vandaag in het Lagerhuis vragen aan Chamberlain worden gesteld, die gelegenheid geven voor volledige uiteenzetting van het Britsche standpunt. De antwoorden op deze vragen zullen de netelige vraag kunnen opklaren, of in de besprekingen tusschen de Britsche en Fransch-Belgische staven de kwestie van een eventueele schending van de Nederlandsche neutraliteit als onderdeel van een campagne tegen Duitschland is aangeroerd.
Het ‘Handelsblad’, 27 Febr. '29
De ontkenningen van de echtheid van het stuk, dat het U.D. heeft gepubliceerd, zijn gekomen; wij hebben, zooals men weet, niet anders verwacht. Is daarmee de valschheid van het stuk komen vast te staan? Wij gelooven het niet. Wij weten nu wel, dat in de diplomatieke wereld en die der regeeringen zulke ontkenningen, wanneer men zein het staats belang noodig acht, helaas als leugens om bestwil, geoorloofd worden geacht.
Uit het hoofdartikel van ‘Het Handelsblad’, 27 Februari '29
Grooter dan onze onrust is het gevoel van diepe, teleurstelling, dat we toch eigenlijk nog tot stikkens toe vastzitten in de ondraaglijke atmosfeer der geheime verdragen en der geheime diplomatie, ook achter officieel bij den Volkenbond gedeponeerde verdragen om....Er blijft nog reden te over om met de Kerk de Goddelijke Voorzienigheid te bidden, dat zij vorsten en volken moge instorten: gedachten des vredes.
‘De Maasbode’
Frankrijk bouwt 2 duikbooten voor Zuid-Slavië, die, bij het te water laten, in tegenwoordigheid van fransche marine-autoriteiten zoowel door een r.k. geestelijke als door den aarts-priester van de servische orthodoxe kerk, te Parijs, worden gezegend.
Nederland vervangt 2 oude onderzeeërs van 520 ton door 2 nieuwe van 2248 ton. Aan de munitiefabriek Hembrug (Nederland) wordt in sommige afdeelingen dag en nacht doorgewerkt. Canada laat in Engeland 2 torpedojagers bouwen voor 3.350.000 dollar.
Volgens de Voss. Zeitung is door de duitsche regeering besloten op de begrooting voor 1930 een post te plaatsen voor een tweeden pantserkruiser.
Frankrijk heeft van 1920-1928 meer dan 3 milliard besteed voor oorlogsvliegmachines plus 300 millioen voor proefnemingen. De begrooting voor luchtvaart voor 1929 bedraagt 1821 millioen, waarvan 70% of 1275 millioen voor de militaire luchtvaart.
Engeland voerde in 1927 voor 3.847.457 pond sterling (f 46.000.000) aan oorlogsmateriaal uit. En wel: 140 vliegmachines, 386 motoren voor vliegtuigen, 24 stuks zwaar geschut, 2085 machinegeweren, 19.147 granaten, 42.759 gevulde kartetsen voor de artillerie en 43.095.264 patronen voor handvuurwapenen.
Het amerikaansche oorlogsministerie besloot tot de aanschaffing van 2400 nieuwe oorlogsvliegtuigen.
In Italië werd de eerste van 12 nieuwe torpedojagers te water gelaten van 2000 ton, 107 M. lang, met een snelheid van 68.5 K.M.
Het personeel van den engelschen militairen vliegdienst werd van Januari - November 1928 uitgebreid met 1615 man.
Te Soerabaja (Ned. Indië) worden drie militaire vliegloodsen voor de marine gebouwd. De nederlandsche regeering is voornemens in 1929 op Java een geschutbatterij op te richten voor f 3.000.000, ter bescherming van de mijnversperring. In Engeland is een nieuwe kruiser van 10.000 ton van stapel geloopen. Mussolini verklaart nieuwe belastingen te zullen invoeren ten bate van uitbreiding der oorlogsvloot. Japan besloot tot den bouw van een nieuw
[p. 161]
luchtschip, dat groote hoeveelheden bommen en voldoende brandstof kan meenemen voor een tocht naar Australië of Midden-Rusland. Op de italiaansche begrooting voor 1929-'30 is een bedrag uitgetrokken voor 16 nieuwe oorlogsschepen. De fransche marine neemt proeven met luchtschepen met een inhoud van 3000 M3. Volgens engelsche bladen zal via Rotterdam met goedkeuring van den Volkenbond 12.000 ton munitie naar China verscheept worden. De engelsche regeering richt te Port Said (Egypte) een basis voor luchtschepen in. In Italië is weer een torpedobootjager te water gelaten. Canada bestelt 100 nieuwe vliegtuigen voor f 900.000. Italië bouwde sinds den oorlog drie groote en 50 gewone torpedobootjagers, alsmede 25 duikbooten. Behalve twee juist te water gelaten kruisers van 10.000 ton, staan er nog twee van 10.000 en vier van 6000 op stapel. Voorts is besloten tot den bouw van nog twee kruisers, 4 torpedobootjagers en 5 duikbooten in 1929.
De Vereenigde Staten trekken 2.150.000 dollar uit voor de moderniseering van 3 slagschepen en 2 duikbooten. De marinebegrooting van 445 millioen dollar is tot op heden de grootste militaire begrooting in vredestijd en 165 pCt. hooger dan in 1914. In dezelfde zitting, waarin het Kelloggpact werd goedgekeurd stond de Senaat 274 millioen dollars toe voor 15 nieuwe kruisers.
De japansche vlootuitgaven voor 1929 zijn 120 pCt. hooger dan in 1914. Tot herstel van zijn door den oorlog uitgeputte vloot bouwde Frankrijk sinds 1919: 83.000 ton kruisers, 57.000 ton torpedojagers, 36.000 ton torpedo's en 56.000 ton duikbooten. Vóór 1935 wordt nog eens dezelfde hoeveelheid op stapel gezet.
De nederlandsche marinebegrooting voor Ned. Indië werd in 1927 met f 228.000 overschreden. De zwitsersche oorlogsbegrooting voor 1929 is een millioen hooger dan voor 1928. De russische oorlogsbegrooting steeg van 724 millioen roebel in 1927-'28 tot 840 millioen roebel in 1928/'29. De poolsche oorlogsbegrooting bedraagt 30% der totale uitgaven en is f 15.000.000 hooger dan het vorige jaar.
Bewapening. Jaar 10 van den Volkenbond. In de dagen van Kellogg.
Uit: Kroniek Dagbladpers in ‘De Wapens Neder’ - Februari 1929
Sir Laming Worthington-Evans, de minister van Oorlog, diende heden bij het Lagerhuis zijn begrooting in. De minister wees erop, dat groote vorderingen waren gemaakt met de mechanisatie van het leger. Alle cavalerieregimenten hadden een gemechaniseerd machinegeweer-escadron. Twee cavalerieregimenten worden vervormd tot pantserautoregimenten.
Reuter, 28 Februari 1929
De begrooting van de luchtmacht voor het nieuwe dienstjaar is berekend op ongeveer 73 eskaders. In den loop van 1929 zal zij met het equivalent van 7 nieuwe eskaders versterkt worden. Reuter, 2 Maart 1929
In de heden gehouden bijeenkomst van de commissie voor de landsverdediging heeft de gewezen minister Huysmans (socialist) opnieuw de kwestie der gasmaskers ter sprake gebracht en beweerd, dat de gifgassen, welke thans in Duitschland worden gefabriceerd van dien aard zijn, dat alle maatregelen van bescherming daartegen onvoldoende zijn.
De rapporteur antwoordde, dat de maskers voortdurend werden verbeterd om de bevolking zoo goed mogelijk te beveiligen.
Belga, 28 Febr. 1929
Pacten als van Parijs en Locarno ten spijt, bereidt men zich, naar bekend is, allerwege voor op een eventueele nieuwe botsing, die het karakter zal hebben van lucht- en gasoorlog met verschrikkingen, waarbij die van den afgeloopen wereldoorlog door deskundigen kinderspel genoemd worden. Niet alleen in de Vereenigde Staten en West-Europa worden voortdurend de noodige proeven genomen op dit gebied, maar ook in Oost-Europa. Weliswaar wordt Amerika geacht de leiding te hebben in de toerusting voor den gas- en luchtoorlog, maar Moskou is niet minder actief dan bijv. Londen en Parijs. Herhaaldelijk hebben bijv. in het Sovjetrijk oefeningen plaats met het vergassen van steden - een duidelijke aanwijzing in welke richting de poging zal gaan in een toekomstigen oorlog om den oorlogswil van den tegenstander te breken: op de groote steden en industrie-centra zal de grootste druk gelegd worden, meer nog dan op het front.
Ook Polen blijft in dezen wedstrijd niet achter. In het geheele land wordt op het oogenblik een propagandaweek gehouden voor het militaire vliegwezen. Men wil de burgerbevolking inlichten over hetgeen haar te wachten staat bij een lucht- en gasoorlog. Naar aanleiding daarvan heeft de spoorwegpresident te Kattowitz tot het spoorwegpersoneel van zijn distrikt een mededeeling gericht, waarin hij zegt, waarop het in een nieuwen oorlog neer zal komen: nl. op een strijd op leven en dood van geheele naties, aangezien de burgerbevolking het meest zal worden blootgesteld aan de gevaarlijke aanvallen.....‘Daarom’, aldus is dan zijn conclusie, ‘moet ieder Pool lid worden van de luchtliga en moet ieder Pool in het bezit van een gasmasker zijn.’ Een verdienstelijke zijde van deze verklaring is althans de groote eerlijkheid, waarmede deze spoorwegdirecteur de menschen inlicht over het gewijzigde karakter, dat de moderne oorlog bij de ontwikkeling van de techniek steeds meer aanneemt.
‘Het Handelsblad’ 7 Sept. '28
Indien ingeval van oorlog de tegenpartij tot gebruik van chemische strijd middelen haar toevlucht zou nemen, zal ook onzerzijds aanwending in agressieven zin van zoodanige middelen noodzakelijk zijn.
De meening, dat uitreiking van gasmaskers aan de geheele burgerbevolking onmisbaar zou zijn, kan de minister geenszins deelen. Dit dient alleen voor de groep, die hulp moet bieden (politie, brandweer, enz.).
De andere groep daarentegen kan zich door het betrekken van tevoren ingerichte collectieve schuilplaatsen aan de inwerking van het gas onttrekken.
Memorie van Antwoord Defensie-Begrooting voor 1929 in Nederland
Het door de Internationale Vrouwenliga voor Vrede en Vrijheid te Frankfort a/M van 4-6 Januari 1929 gehouden congres, tot bestudeering van de moderne oorlogsmethoden en bescherming der burgerbevolking is, na kennisneming van onweerlegbare getuigenissen van deskundigen, geleerden en technici, allen hoogstaande mannen en vrouwen, wier betrouwbaarheid boven alle twijfel verheven is, tot zekerheid gekomen:

1. dat geen beschermingsmaatregelen kunnen worden getroffen tegen de verwoestingsmidde-
[p. 162]
len. door de wetenschap in dienst van den oorlog gesteld;

2. dat de afspraken tusschen de regeeringen, doelende op verbod tot aanwending dezer middelen, geen enkele zekerheid bieden, wijl de Staten hun moreele verplichtingen schenden alleen reeds door het doen aanmaken van dit oorlogsmateriaal:

3. dat een nieuwe oorlog, die de verwoestingen ook tot de burgerlijke bevolking uitstrekt, een oorlog der wederzijdsche vernietiging der volkeren zou zijn en de ondergang der beschaving zou kunnen beteekenen.
Uit het officieele verslag

De ‘verbijsterende’ publicatie was valsch, maar de verbijsterende commentaren zijn echt. Ze kunnen door geen démenti worden verloochend of geloochend - hoezeer het staatsbelang het ook zou eischen! De onderschriften van déze onthullingen behoeven door geen schriftkundige te worden geverifieerd - want ze zijn anoniem. De authenticiteit behoeft door geen zegel te worden gewaarborgd: voor iederen abonné staat het stempel der echtheid en der betrouwbaarheid kennelijk aan het hoofd van het blad.

In een wereld waar bedriegende diplomaten met een vaderlandslievend journaille de openbare meening vervalschen, daar is het nu eenmaal zoo, dat alleen de lengen door de vervalsching ontmaskerd wordt - zooals de spionnage door de contra-spionnage - en daardoor bij uitzondering de waarheid, zwart op wit, aan het licht komt en zooals het gedrukt staat. Waar zooveel leugens te achterhalen zijn, dat aan de onthullingen geen einde komt. daar wordt tenslotte de naakte waarheid zichtbaar. In den wedloop van démenti's die weerlegd werden, voordat de leugen gedrukt was, heeft men den grond onder de voeten verloren en het luchtkasteel, dat op het utrechtsche drijfzand was opgebouwd, dreigde het geheele staatssysteem te schokken.

De onthulling der valsche geheime verdragen heeft de ontmaskering der openbare met zich meege bracht en feiten, die bekend waren, aan het licht. De publicatie van een geheim verdrag kan tenslotte niet méér openbaren dan wat er in staat, maar een falsificatie heeft onthuld wat ervan komt, en het mechanisme blootgelegd hoe het in zijn werk gaat. Men heeft kunnen zien, waardoor het onmogelijke mogelijk wordt, namelijk hoe het volk, dat den oorlog niet wil, hem zal voeren. Gebleken is hoe het volk - in het bezit van algemeen kies- en stemrecht - overgeleverd is aan een verworden staat en een corrupte pers, die ieder oogenblik in staat is een geheel volk op te hitsen en door den angst op te jagen naar de bedreigde grenzen, die voor de ‘vijandelijke’ luchtmacht toch niet meer bestaan, nu het front zoo uitgestrekt is als het vaderland. Tien jaren nadat de statenbond der volken gesticht was werd plotseling ontdekt, dat deze omspannen zijn door een regeeringsnet van militaire verdragen, die de staatslieden, met of zonder socialistische ministers, wier linkerhand niet weet wat hun rechter doet, in het geheim hebben gesloten, en die, democratisch geregeerde, volken verplichtingen opleggen, die ze niet kennen.

Het bleek, dat wij leven onder de dictatuur van de spionnage, de liegende diplomaten, en de ‘cynische gewetenloosheid’ van generale staven, die plannen maken, waarnaar de geheele defensie van een land wordt gericht, en die als de nood aan den man komt niet meer kunnen worden veranderd, hoogstens vóórdien door de ‘contraspionnage’ vervalscht, om dan door de spionnage aan den man te worden gebracht. Wij leven onder een systeem waarvan de vertegenwoordigers verklaren, dat voor het hoogste patriottische goed: de veiligheid, agenten noodig zijn die koopbaar zijn, en tot alles bereid, en dus ook omkoopbaar, en dan spionnen heeten, maar dan toch niet wegens landverraad kunnen worden aangeklaagd wegens de belangrijke diensten, die ze aan dienzelfden, ‘contra-spionneerenden’, staat bewezen. Een staat, die intellectueele prostitués in zijn chemische laboratoria laat onderzoeken, op welke wijze het andere volk het beste vergiftigd kan worden, terwijl hun collega's van de pers die taak voor het eigen volk op zich hebben genomen. Dat deze pers, die in dit raderwerk van den staat niet gemist kan worden, in vollen vredestijd tot de ontdekking komt dat de staat een samenzweering is tegen het vaderland - dat is het verbluffendste démenti van dezen tijd, en van den vrede, waarin we zouden leven en die sinds tien jaar een camouflage is waarachter zich de openlijke en geheime, militaire en diplomatieke, oorlogsvoorbereiding verbergt.

Deze camouflage - niet de politiek der geheime traetaten - kwam door de onvoorziene publicatie in het gedrang. De oorlogspolitiek van het regeeringspacifisme - si vis bellum para pacem - in gevaar. Vandaar de onrust en de verwarring.

Men zou het een klucht mogen noemen, als het niet het voorspel was van de tragedie, die zich voltrekt. Want een happy end ontstaat toch nog niet daardoor, dat als deus ex machina een ‘falsaris’ optreedt, die aan de onthutste toeschouwers verklaart, dat het drama niet echt is, maar slechts een onschuldig marionettenspel. Voor zulk een eenvoudige ontknooping waren deze touwtjes toch te verward. De spreekbuizen der publieke opinie, die blijkbaar een oogenblik door het verwoede krijgsgeschreeuw in dezen persoorlog der journalisten tegen de diplomaten, die toch op hun beurt weer over persbureaux beschikken, in de war waren geraakt, hebben hun normale zelfbeheersching weer herkregen, en willen nu het incidenteele praeludium, dat in den tijd der ratificatie's van het Kellogg-pact in hooge mate inopportuun was, en dat zulk een beroering in de Nederlanden heeft gewekt, liefst beschouwen als een storm in een glas water.

Maar wie tien dagen zijn dagblad heeft gelezen, begrijpt, dat deze een onherroeplijke aankondiging was van die over Europa. De storm over een krankzinnige wereld, die het toelaat, dat de staat een vernietigings-oorlog zal voeren tegen een weerloos en onverdedigbaar vaderland.

A.M.L.