H. Marsman
aan
Menno ter Braak (Rotterdam)

10 maart 1933

B.M.

Ik krijg zoojuist een briefje van Bouws, dat mij even hindert. Dat is niet zijn schuld, maar die van Eddie en jou, vandaar dat ik jou schrijf en niet B. (Zend deze door aan E.). de zaak is: dat B. mij schrijft dat na Dumay er een korte roman van Elsschot komt. Dat is geheel in strijd met de afspraak. Ik zou uiterlijk na Dumay aan de beurt zijn, dat was mij om allerlei redenen al laat genoeg.

Jullie nonchalance bewijst een onverschilligheid voor althans een deel van mijn werk, die mij verdomd hindert. Ik zal je nu toch nog maar een paar stukken sturen, en ik reken op plaatsing (als jullie er niet tegen bent, althans) daarvan, althans direct na Dumay (Juli, Aug's, Sept.). Ik zal nu de uitgave in boekvorm daarvoor ophouden tot eind Sept. Maar de aardigheid van de publicatie in Forum, desnoods voor een deel, en in fragmenten, is er door jullie alleronvriendschappelijkste slordigheid geheel af.

H.

 

Origineel: Den Haag, Letterkundig Museum

vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie