D.A.M. Binnendijk
aan
Menno ter Braak [Den Haag]
Zutphen, [23 augustus 1925]
Beste Menno.
Wel mijn dank voor je brief en je eropvolgende, alles-herroepende, dus noodlottige briefkaart. Hoe is het mogelijk, dat je Londen laat schieten! Voel je je nog niet zoo als het wezen moet? Ja: in dat geval is dit nog het beste, al lijkt mij de achterhoeksche eenzaamheid weer een nieuwe voorbereiding tot overspanning; want je gaat weer overdreven werken of peinzen, en laat wat het leven aan spannends en verrukkends bergt afzijdig liggen. Ik zelf zit nu ook weer hier, geheel verkwikt na mijn reisje, moedig en vaardig tot het hervatten van allerlei werk. Maar, o god, als ik er niet uit geweest zou zijn...
Ik weet niet (dat staat althans niet op je kaart) of je zoo snugger zult zijn om op doorreis naar Eibergen aan te komen. Daarom zal ik een en ander van mijn strapatzen verhalen, al bewaar ik de fijne trekjes tot je hier bent; want die zijn te kostelijk om niet te vertellen, met gebaar en wederkeerige lach. Van Maandag tot Donderdagmorgen bleef ik in A.; trof direct Wybo, vierde 's avonds met hem en Henrik Hartjesdag, ging naar ‘Kras’, zoop (slechte) eau-de-vie... en kreeg diarrhee! Dinsdag: Clausen (gerustgesteld, H.O. à fl. 1.50 in Sept.), van Looy (H. en ik red. Almanak, aardig gekletst over het midzomernachtfeest, waarvan hij nog steeds vol was; belofte voor een winterfeest perste hij af!). Woensdag met mijn oom uit Indië op stap, 's avonds naar Gaîté, alwaar Ine (hier staat: Ine) met Ben Ledeboer, met welke eerste uitvoerig en aangenaam gedanst. Nu de clou: ik had Eline (hier staat: Eline) voor 's Maandags naar A. ontboden met minder eerzame bedoelingen. Zij kon niet (Ma op reis) doch noodigde mij, mede namens Ma, uit om in Blaricum te komen Donderdag op terugreis naar Z., n.b. met de 1e trein. Hetwelk gedaan prettige gevolgen heeft gehad. 's Middags bij Vic geweest, met haar in Hamdorff gegeten, 's avonds gedanst, 's nachts terug (over deze onbeschrijflijke kwesties dus mondeling), bij Vic gelogeerd d.w.z.: om 6 uur naar bed. Vrijdagmorgen half 11 weer bij Eline, 's middags afscheid; niet op de eeuwigheid, want mij gewerd van Mama de officieele uitnoodiging om bij hen stellig in den Haag te komen, waar ze 1 Sept. gaan woonen. (E. is geëngageerd bij het Odeontheater). Over deze Ma kan ik je kostelijke anecdotes meedeelen. Overigens had ik het er prettig (in alle opzichten!!) ben ontzettend door deze 2 vrouwen verwend, rustte ‘overdag’ heerlijk uit en werd 's nachts zeer gansch ontkracht. -
Etwas anderes: nu jij niet op reis gaat, kan je best met ons (moeder, oom en ik) mee naar Parijs. We gaan 15 Sept. Kan je dat niet klaar boksen. Zou verdomd lollig zijn!
P.C. is zwaar, maar goed. Vrije Bladen zouden volgens Van Looy deze week uitkomen, maar zijn er natuurlijk nog steeds niet.
Van Johan Buning de mededeeling, dat ‘De Kring’ gevestigd wordt boven ‘De Munt’: Als het waar is, want dat is een open vraag, dan zou het schitterend zijn, ook voor De D.V., waar mee in contact zal worden getreden over arbeidsverdeeling etc. Rens, die ook juist bij van Looy was, krijschte mij toe of ik ‘het stuk’ gelezen had. Ik geloof niet, dat iemand erop antwoorden zal: het is toch weer hoofdzakelijk reclame voor hemzelf, zijn artikel.
De brief, wiens afzender je niet uit mijn manuscript kon afleiden, stamde van Ine; hij liep over Friede, die zij had gesproken, maar die mij nog niets liet hooren. Dat geval schijnt dus hopeloos te zijn.
Jan Campert logeert nu bij Nijpels in Maastricht. Van Hans Warendorf ontving ik gisteren een briefkaart vol onzin over P.C. en met 7 punten die ik moet beantwoorden, en die gaan over jouw artikel over ‘Uitkomst’, indertijd. Ik kan je onmogelijk schrijven hoe de vork in de steel zit: het is zóó verward en onzinnig; hij zal een grondig antwoord krijgen, dat eigenwijze ventje.
Mon cher, schrijf eens gauw! Kom eens gauw! Naai eens gauw! Want bij ‘geregeld leven’ behoort ook geregeld keezen!
Hartelijke groeten ook aan je familie en van de mijne;
een poot van
je Dick
Origineel: Den Haag, Letterkundig Museum