Victor E. van Vriesland
aan
Menno ter Braak
Rotterdam, 19 februari 1934
Rotterdam, 19-2-'34
Beste Menno.
Hierbij de heele mikmak terug - ik heb heb nu niks meer. - Over ‘Das unbewusste Europa’ zullen we wel last krijgen. Tant pis. In Maart komt Nederland zeker weer vooraan, en zoo om de beurt? - Zou je niet eens in Rott.? Met Vestd.?
Zooals je verzocht heb ik de verzen van Vestdijk ingedeeld. De beste drie vind ik De Soedannegerin, <Lied v.d. Rivierschipper>Jongen Romeinschen negerslaven en De nieuwe Favoriet (al doet de laatste titel mij helaas aan het magazijn denken!) De drie daarop volgende: Doge en sigisbeo, De Kleppers en Liefdesnacht. Dan blijven er nog drie over. Niet dat ik die slecht vind.
Vergeet niet, me even de niet geplaatste jeugdcyclus-verzen van Dèr Mouw terug te zenden, die je nog altijd hebt. Het wordt tijd de uitgaaf van 't boekje in orde te maken. - Zaterdag is Mevr. Dèr M. naar Velp gegaan voor een ernstige operatie van een Tumor, of het een kwaadaardige is weet ik niet. Haar dochter is meegegaan.
Z. haast, hartelijk,
je Vic.
Origineel: Den Haag, Letterkundig Museum