E. du Perron
aan
Menno ter Braak

Bellevue, [24 mei 1933]

Bellevue, Woensdag.

Beste Menno,

Hierbij je stuk terug. Als je het mij zond vóór het naar de N.R.C. ging, verander er dan nog een-en-ander aan in de details, die ik met potlood bewerkte. Als verklarend stuk is het voortreffelijk; je moet in verband hiermee eens lezen wat Greshoff allemaal vertelt in Groot-Nederland: naast heele juiste dingen absolute doordraverijen, waar ik heelemaal schijnheilig en ‘witgewasschen’ uit te voorschijn kom. (Ik hoop dat hij hier en daar er nog wat afdoet.) Jouw stuk heeft m.i. maar één bezwaar; dat je nu het eens zijn tusschen jou en mij als tè bekend veronderstelt, en wel een verklaring geeft, maar geen conclusie. De 2 laatste zinnetjes zijn al te zeer voor 2 uitleggingen vatbaar. Zou je er niet, eindelijk, een 3e zinnetje aan toevoegen om te zeggen hoe jij deze polemiek en levenshouding vindt?

Later meer. Dit voor de spoed apart. Hart. groeten van je

E.

Zie ook de geactualiseerde versie van het notenapparaat van de brieven-editie Van Galen Last (1962).

Origineel: Letterkundig Museum, Den Haag