E. du Perron
aan
Menno ter Braak

Le Roselier, [19 november 1933]

Le Roselier, Woensdagavond. 14 Nov.

Beste Menno,

Voor ik een nieuwe brief van je krijg, alvast dit: - ik heb nu weer een kleine 100 blzn. Ducroo achter mij en Indië is goddank af! Nog één portret, dat van Batten (Arthur Hille hier) in tegenstelling met dat van Wijdenes! Ik heb deze nieuwe hfdstn. naar J.v.N. gestuurd voor de typ-juffrouw. Zoodra ik ze terug heb en nagezien, gaat een stel naar jou; ik moet dan precies weten of je ze nog even goed vindt als de vorige, en ook wat Ant ervan denkt. Denkelijk heb je ze begin December in Rotterdam. Ik ben blij dat ik er uit ben; al dat Indië begon me toch den keel uit te hangen! Ik moet vooral van je weten wat je van mijn Indische vrienden vindt.*

Ortega y Gasset lees ik maar heel langzaam door al dit geschrijf. Daarover dus later. Jan Gr. heeft vandaag in Holland zijn redactiediner; ik ben zeer benieuwd naar den uitslag. Gr. Nederland is een grooter schip dan Forum, vooral nu.

Vergeet je niet mij de eerste blzn. terug te zenden van die 2 verhalen? Ik kijk er met spanning naar uit!

Wij hebben voor 1 December een gemeubelde kamer gehuurd. Het adres is: 19 rue de l'Yvette, Paris 16e. Het is niet ver van het Bosch. Den eersten tijd kan je erbij zetten: chez Madame Nossovitch; dat is een Russische senatorsvrouw die nu kamers verhuurt. - Ik zeg je dit nu alvast, opdat je het tijdig kunt laten weten aan den secretaris van Forum. Tot 1934 zou ik wel graag alles laten zooals het nu is; daarna zal ik als gewoon medewerker mijn copy naar het secretariaat sturen en daar ik dan zelf met copy van anderen niets meer te maken heb, schikt alles zich nogal vanzelf. Wel had ik graag zoo spoedig mogelijk de proeven van het stuk over Liaisons, en niet op het laatste nippertje, als de laatste keer; deze proeven dus gewoon nog naar hier. Vóór we van hier weggaan, zal ik zelf het secretariaat mijn adresverandering wel schrijven, voor de 2 nrs. die ik altijd krijg. En o ja, hierover dit: ik gaf altijd 1 nr. aan Jan van Nijlen, die te arm is voor een abonnement. Kan je het niet zoo inpikken dat hij, als ik redacteur-af ben, dat nr. toch nog ontvangt?

*Ik begin bang te worden dat sommigen een beetje doen denken aan de jeugd van Albert Vogel † zooals die in jullie krant wordt opgehaald!

Donderdag 15.

Je stuk over de poëzie is binnengevallen en ontroerde ons allebeide heel sterk, vooral door die volledige handteekening eronder. Maar het is best; vooral het begin - zoo helder; ofschoon toch wat moeilijk, vreezen wij, voor de dames van Borel - en wat je over Vestdijk zegt is bovendien heel juist. Wat je over De Vries en Buning zegt is zoowat van a tot z ernaast; De Vries lijkt bv. veel meer op Vestdijk dan op Buning, behalve op het ééne punt ‘intellect’, maar soit, aangezien de ideeënloosheid van Poe er weer bij komt, geef ik me allang gewonnen, dat spreekt!

Kan je voor Het Vaderland de herdruk van mijn Nutt. Verzet bespreken? waar Borel altijd kuisch en voornaam over gezwegen heeft, hoewel hij uitvoerig Parlando besprak. Voor de moordverhalen, het 1e vooral, één belangrijk punt voor het publiek: vooral niet vergelijken met de surrealisten, ofschoon je natuurlijk kunt ‘toegeven’ dat de schijn die richting uitgaat, maar het wezen veel meer verwant aan het zooveel koelere, essayistische... essay van De Quincey, Of Murder considered as One of the Fine Arts. Dit trouwens niet onjuist, hoewel ik De Quincey niet kende! - het behagelijke bloedgedoe van Soupault en zoo kende ik wel, maar vond ik nooit naar mijn zin. Ik ben erg benieuwd naar wat je ervan maakt. Wel even wachten, na het stuk van ‘Hein’!

Bep vindt het lang niet kwaad dat Buning in an offhand way behandeld werd, na al zijn superieurderig gedoe tegenover het ‘anderzijdsche’ in de poëzie. Ik ook niet; toch had ik het voor jezelf aardiger gevonden als je onze polemiek hier vergeten had en over De Vries en Buning even juiste dingen gezegd had als over Simon onzen Vestdijk.

Morgen meer, als er een brief is - Kan ‘Hein’ niet wat meer copy van ons plaatsen? Bep heeft reusachtig gewerkt, in de hoop dezen winter wat meer te verdienen, en vroeger zei ‘Hein’ dat ze gerust wat meer moest schrijven. Maar dat is nutteloos, als de copy op het bureau blijft liggen natuurlijk. [Dit niet doen! - je zit er pas, en ik heb ‘Hein’ nu zelf geschreven.]

Vrijdag 16.

Bep zou graag willen weten waarom Anth. Donker uit Die Sammlung gestapt is ‘om principieele redenen’. Is hij Hitleriaan geworden?

Zondag 19.

Nog steeds geen brief van je, en van hier ook geen nieuws. Ik heb ‘Indië’ nog te dicht achter me om opnieuw aan Ducroo te pennen, nu lees ik dus maar wat voor de N.R.C. - Van Jan geen bericht, en ik snak naar den uitslag van het diner. Misschien morgen? Als er morgen nog altijd niets is van jullie beiden, verzend ik dezen brief zóó.

Het Vaderland heeft nu hoopen copie van ons geplaatst, - hoera! Het bovenstaande vervalt dus heelemaal. - Wij lazen geroerd ook het stukje over den heer die in Mexico zoo'n ontdekking deed over Pascal. Is het, zooals Bep veronderstelt, om den Hagenaar aan een nieuw opium te wennen nu Lao-Tze hem ontvallen is?

Vergeet nu niet ons nieuwe adres; ik hoop dat Ant je trouwens met deze administratie bijstaat, zoo brillant als Bep het mij doet. Vanaf 26 November uit Holland niets meer hierheen zenden, want wij gaan wschl. nog een dag naar Roscoff (naar het graf van Corbière) voor wij naar Parijs teruggaan.

Hart. groeten van je

E.

Wat een snertbrief is dit geworden! Uit Parijs weer wat beter.

Origineel: Letterkundig Museum, Den Haag

vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie