J. Greshoff
aan
Menno ter Braak

Brussel, [30 oktober 1931]

Vrijdag

 

Beste Ter Braak,

Hart. dank voor je brief. Wil je de lof der dierbaren, wel schrijf een dierbaar boek! Je vergeet de zedeleer, mijn waarde. Dat gebeurt niet straffeloos. Je ziet het. Het kwaad wordt bestraft. Het is alleen maar diep treurig en diep beschamend dat het 4 jonge menschen zijn, die die strafexpeditie leiden. Bah, Helman! Bah, Scholte, Bah, Slau! Dat is een akelige vorm van verraad: zich zelf het air van degelijk man geven om in een goed blaadje te komen bij de Oude Hoeren, door een tijdgenoot af te breken.

Wees blij met je kritieken. Nu weet je precies waar de grenzen liggen. En als je van die heeren mooie kritieken kreeg, dan zou ik bang voor je worden. De liefde g.v.d., denk aan de liefde, smeer je boeken er vòl mee en noodig dan Hellieden op het feest.

 
Er was er eens een koning
 
Die smeerde zijn billetjes met honing
 
Toe riep hij Helman lik lik lik
 
Zie wat een zoete billen heb ik

Ik hoop dat je volgende boek een verhevener toon zal ademen, meer aan de Zaner- Vermeerkant. Het is een rampzalige rotzooi, dáár!

Veel hartelijks van

altijd geheel

je Greshoff

 

Origineel: Den Haag, Letterkundig Museum

vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie