Menno ter Braak
aan
J.M.B. Stolte

[Tiel, 17 juni 1929]

Maandagavond

 

Lieve Hanneke

Bij thuiskomst brief van Dick, dat we Zaterdag van harte welkom zullen zijn. Ik zal met hem afspreken, dat we direct 's middags met mijn trein uit Bommel door kunnen gaan.

Verder lagen er allerlei felicitaties met mijn benoeming in Rotterdam, die ik min of meer vergeten was.

Met hulp van Wim heb ik nog een serie namen bedacht voort de kaartjes, die ik maar vast insluit. Als ik er meer uitvind, krijg je die omgaand. Aan Clausen heb ik nog eens geschreven, dat hij zich haasten moet en alles aan jou zenden.

Het is in orde, dat we in Zutfen logeeren. Pa en ma Binnendijk zijn brandende van nieuwsgierigheid om kennis met je te maken! Ik vind je dus Donderdag aan den trein, als ik uit Bommel kom?

Jan is voor zijn eerste deel geslaagd. Het telegram werd in Tiel, n.b., godbetert,... 6 uur te laat bezorgd, zoodat de oudelui naar Zeist vertrokken zonder iets te weten!

Voorloopige invitatie voor Zondag over een week is met groote ingenomenheid door gegadigden ontvangen.

Er was vanavond ‘groot vuurwerk’ aan de Waal vanwege de V.V.V. feesten. Vuurwerk ligt voor mij tusschen oorlog en melancholie. Ik miste je erg vanavond. Geen gepeins meer over Amsterdam, hoor! Want er is veel noodig, maar dit heelemaal niet!

Je moet me verslag uitbrengen over de text van de woorden van Piet Tiggers!

Dag! Een zoen van

je Menno

 

Origineel: Den Haag, Letterkundig Museum

vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie