Everard Bouws
aan
Menno ter Braak

Rotterdam, 26 augustus 1931

26/8/'31

 

Beste Menno,

Nadat ik vanmiddag mijn via jou aan Eddy gezonden brief had afgestuurd, heb ik een nader onderhoud met Zijlstra gehad en daarin bevonden dat de Critisch Bulletin kwestie inderdaad serieus is. De zaak is eenvoudig deze, dat Zijlstra met het C.B. een strop heeft aangehaald, waardoor in dit opzicht zijn bewegingsvrijheid door de controle van Commissarissen minder groot is, dan hij verwachtte en gewoon is.

Ik heb hem nu een brief gestuurd, ter overlegging aan de oude sokken, waarin aangetoond wordt dat het heelemaal niet noodig is dat dit tijdschrift duizenden gaat kosten en dat er zelfs als ze goed kijken winstmogelijkheden zijn. Dit is natuurlijk onzin, bij de ruimste begrooting blijven we nog aan een paar mille verlies hangen. Zijlstra heeft mijn brief goedgekeurd, hij denkt met behulp daarvan een goede kans te hebben de zaak er alsnog begin volgende week door te jagen. Vooral omdat ik duidelijk heb kunnen aantoonen, dat er tusschen het C.B. en ons tijdschrift niet het minste verband is.

Maak je dus vooralsnog niet bezorgd, misschien was mijn brief van vanmiddag een tikje te alarmeerend. Maar je begrijpt dat ik niet wist wat ik hoorde, toen hij ueberhaupt met bezwaren kwam aandragen. We hadden nog wel geen positief contract, maar hij liet me toch de vorige week Dinsdag met de indruk dat dit feitelijk nog maar een formeele kwestie was.

Natuurlijk eischt het verdere verloop van zaken een zeer omzichtige behandeling, zoolang we hem nu niet ‘op zegel’ gebonden hebben, moeten er geen krasse stappen genomen worden en is het ons belang om Zijlstra, die werkelijk met ons is, te steunen. Ik heb daarom mijn voorloopige bevestiging van de mondelinge overeenkomst ‘verzacht’ tot een erkenning van toezegging zijnerzijds. Dit om tegenover zijn Commissarissen de indruk van voorbarigheid weg te nemen.

Nogmaals, al dit herhaalde gescharrel is vervloekt vervelend, maar er is niets aan te doen zoolang zij de sterke partij zijn. Het schijnt, dat de geboorte niet te gemakkelijk mag zijn.

Ik stuur je dit getikt om Eddy een copie te kunnen zenden, denk je er aan dat ik Zaterdag verhuis en dan woon:

 

JOZEF ISRAELS LAAN 7, DEN HAAG

 

Kunnen we Maandag misschien samen komen, ik bel je dan van kantoor wel op.

Beste groeten,

B.

 

Origineel: Den Haag, Letterkundig Museum

vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie