Menno ter Braak
aan
G.H. 's-Gravesande

Buochs, 7 augustus 1937

Buochs, 7 Aug. '37

 

Beste Hein

Hartelijk dank voor je brief. Inmiddels heb je zeker mijn aangeteekend stuk met inhoud Tromp Meesters & naschrift al gekregen. Zou je zoo vriendelijk willen zijn, van de krant, waarin de historie verschijnt, een ex. te laten zenden aan:

Cor Bruyn, Eikenlaan 59, Hilversum

J.K.v.d. Hoeven, Van Ostadelaan 32, Hilversum

K. Lehmann, p/a Gorter, Snelliusstraat 82, [Haag]

Bij voorbaat dank.

Ik was met zeer veel genoegen bij Thomas Mann. Hij is bijzonder vriendelijk, en geheel de man van zijn geschriften, d.w.z. een deel ‘burger’ en een deel ‘denker’. Natuurlijk was het contact maar oppervlakkig, maar ik heb toch een indruk van hem gekregen.

Bedankt ook voor de opzending van D.G.W. Het stuk van Sciarone is lang niet slecht, en er straalt een echte sympathie door de woorden. Van de hekeldichten van H. de Vries begrijp ik niets. Jij? Wat wil hij eigenlijk beweren? Het zijn toch geen coplas?

Ja, die V.d.H. heeft een allernaarst voorkomen. Een vervelend en lastig heer, die zich wat graag aan die correspondentie zou optrekken. Mocht je nog iets over die zaak, of over mijn boek vinden, dan houd ik me aanbevolen voor opzending! T.e.m. 12 Aug. Daarna d.w.z. vanaf 12 Aug. ben ik weer op terugreis naar Holland. Je ziet me in ieder geval Dinsdag weer prompt tegenover je plaatsnemen en mijn knieën stooten.

Het spijt ons beiden, dat je niet komt logeeren. Kom dan die week (ik bedoel: van Dinsdag 17 aug. ± Zondag 22 aug.), volgend op mijn terugkomst, iedere avond eten. En neem dan ook wat verlof!!

Tot ziens, en hart.gr. van ons beiden,

je Menno

 

Origineel: Den Haag, Letterkundig Museum.

vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie