Menno ter Braak
aan
Maurice Roelants
Rotterdam, 17 september 1932
Beukelsdijk 143b
17 Sept. 32
Beste Maurice,
Excuseer, dat ik al weer met de machine schrijf, maar ditmaal is mijn vulpen in de reparatie en ik wil je ondanks dat dadelijk even zeer hartelijk dankzeggen voor je aardige brief. De lof, daarin aan den docent Dumay toegezwaaid, verheugt mij zeer; vooral je opmerking, dat ik door alles heen ‘pamflettist’ blijf, lijkt mij bijzonder juist gezien en raakt ook een kant van de zaak, die mij ter harte gaat. Een roman zonder een element ‘pamflet’ laat mij dikwijls koud.
Je opmerkingen neem ik voor een deel zelf over. Niet, dat de revolvergeschiedenis roman-feuilleton zou zijn, want er is weinig fantasie en 90% realiteit bij, als ik het zoo primitief mag uitdrukken. Het rekken van het samenzijn van Dumay en Karin ware misschien mogelijk geweest, maar zou allicht teveel hebben afgeleid van de kern. Dumay's peripetie is nu gewaagd, maar... niet veel minder dan ‘erlebt’! Het toeval van Dumay's en der huishoudster verwantschap ergert mij ook; maar haal het er nu nog eens uit! Als je een middeltje weet, houd ik mij gerecommandeerd! Je opmerking is intusschen heel juist. - Je hoofdbezwaar, dat tegen de wijze, waarop ik Dumay van zijn trouwplan laat afstappen, kan ik mij ook indenken; toch heb ik op dit punt geaarzeld tusschen jouw ‘procédé’ en het mijne, omdat ik een reeks van dialogen achter elkaar had en zelf verlangde naar een andere vorm van mededeeling als variatie. Ik zal echter de passage nog eens herlezen en zien, of ik haar moet overschrijven.
Grappig is, dat Eddy en Bep de tweede terugkeer van het sabeldier gezocht vonden en dat jij die juist aanhaalt als geslaagd! Ik zou het zelf momenteel niet meer weten, wien ik gelijk moest geven.
Ik ben zeer nieuwsgierig naar Greshoff's oordeel. Wil je hem vragen mij vooral zijn opinie te schrijven en het manuscript direct aan mijn adres terug te zenden, als hij het uit heeft? Bij voorbaat dank.
Nogmaals, je brief heeft mij veel goed gedaan en het besef versterkt, dat wij het, ondanks onze verschillen op bepaald gebied, voorloopig in dezelfde richting blijven zoeken.
Hartelijke groeten,
tt.
Menno
Origineel: Antwerpen, Letterenhuis