Monsieur et madame Un Tel
Tooneelspel van Denys Amiel
Alliance Française
‘Monsieur et Madame Un Tel’ is een ouder stuk van den schrijver van ‘L'Homme’ en ‘Une Femme en Fleur’; het is hier, als ik mij niet vergis (ik heb de voorstelling niet gezien), in Nederland al gespeeld onder den titel ‘De Heer en Mevrouw Die en Die’. In ieder geval doet het ‘eeuwige’ driehoeksprobleem, dat door Amiel naar voren wordt gebracht in de combinatie Georges (oudere man), Suzanne (jonge vrouw), Robert (jeune sportif), nu niet meer bijzonder belangrijk aan in dezen vorm; de tendens van Ibsens ‘Nora’ is hier ongeveer omgekeerd, maar zòò ook al weer niet nieuw meer. Amiel is een begrijpend auteur, die met een zekere warmte en sympathie voor zijn sujetten weet te schrijven; hij is bovendien een auteur zonder de pathetische effecten van Henri Bernstein, die door een zuivere psychologische analyse van een alledaagsche gebeurtenis en een gepaste distributie van milden humor den toeschouwer voor zich inneemt; zoo stelt hij het huwelijksprobleem van ‘die en die’ ook op innemende wijze, als een geval, waarom men zonder wreedheid kan glimlachen. Maar hij is geen auteur, die het tegen den tijd zal kunnen opnemen; zijn stukken zijn een reactie op de verachting van het burgerlijk als het minderwaardige, en zij blijven in die reactie bevangen; zij zijn daardoor sterk aan hun periode van ontstaan gebonden. In later werk is Amiel trouwens vooruitgegaan. Hij heeft zich verder ontwikkeld, zoodat deze ‘Monsieur et Madame Un Tel’ ons niet veel verrassingen meer opleveren. Met dat al blijft het stuk zeer wel speelbaar en door het onttrekken van de hoogdravende of moraliseerende noot zuiver van toon. Een wereldschokkende opening van het seizoen kan men het echter onmogelijk noemen.
De interpretatie is knap. Constant Remy speelt uitstekend; soepel, beweeglijk en gevoelig als deze Georges is, laat hij zich bijzonder goed opnemen in de sfeer, die Amiels schrijftrant vereischt. Ook Madeleine Clariond als Suzanne is te prijzen om haar ongedwongen en onopgeschroefd spel, al zou men haar soms iets minder ‘egaal’ willen zien. Robert Lepers is als de jonge sportsman, die den echtgenoot met Jiu-Jitsu imponeert en zijn vrouw verovert door een gymnastische oefening, een werkelijk zeer onuitstaanbaar bewijs, dat wie niet slim is sterk moet zijn; naar het mij voorkomt, zelfs iets onuitstaanbaarder dan in de bedoeling van Amiel heeft gelegen. De kleinere vrouwenrollen zijn zeer behoorlijk bezet; en het samenspel klopt voortreffelijk, zooals wij dat van de Fransche acteurs gewend zijn. Voor de talrijke aanwezigen was de opvoering dus een onderhoudend tijdverdrijf van serieuzen aard, dat met hartelijk applaus werd beloond.
M.t.B.