George Kettmann jr., De Oceaanvlucht van een Olieman. (De Amsterdamsche Keurkamer, Amsterdam z.j.)
Wij hadden onlangs het twijfelachtige genoegen George Kettmann waar te nemen als tooneelschrijver van het fascisme. Hij bracht er niet veel van terecht en deed ons, via de ook al niet beste acteurs, slechts een relaas vol phrasen en humbug. Van psychologie bleek deze auteur het a-b-c nog niet te kennen, zoodat wij ons afvroegen, of wij in dit drama wel een Kettmann ten voeten uit hadden ontdekt. Men wil toch altijd het beste hopen
Maar deze roman van denzelfden schrijver leert ons, dat wij ons niet vergist hebben. Het is ditmaal de historie van een man, die in de cockpit van ‘zijn uiterst gevoelig vliegtuig’ pogingen doet om ‘zijn modern-verwend, luxe-verlangend vrouwtje’ te vergeten; hij raakt verzeild in een vliegonderneming met den ‘Noach’ (moderne uitgave van de welbekende ark, maar gevleugeld) en beleeft het één en ander, waarvan wij den lezer niet veel willen verklappen, omdat het misschien menigeen zal boeien, die een boek leest om de avonturen. Van de schrijfwijze van Kettmann hebben wij, zoo laat zich na dit werkje vermoeden, niet veel meer te verwachten; het leent zich niet voor een serieuse analyse en worde dus overgelaten aan de sfeer van het amusement. Maar oorspronkelijk had Kettmann de bedoeling om in de werkelijke litteratuur mee te tellen, dat meenen wij ons toch stellig te herinneren.
M.t.B.