Metamorphosen. Nagelaten Teekeningen van dr Marianne van Herwerden. (Joh. Enschedé & Zonen, Haarlem 1934).
Door Marie P. Löhnis is een alleraardigst boekje bezorgd uit de nalatenschap van de cytologe en genetica dr Marianne van Herwerden. Het is een verzameling op wetenschappelijke figuren geïnspireerde fantastische teekeningen, door den bekenden drukker Enschedé deels in kleuren uitmuntend verzorgd uitgegeven. Het zijn afbeeldingen uit biologische leerboeken, microscopische doorsneden e.d., die mej. van Herwerden in haar vrijen tijd inspireerden tot het teekenen van deze sprookjesachtige verbeeldingen. Wij hebben hier dus niet met gewone illustratie, maar met grillige interpretatie te doen; de uitgeefster heeft zooveel mogelijk de oorspronkelijke wetenschappelijke figuren naast de teekeningen van mej. Herwerden geplaatst om er een indruk van te geven, hoe in de fantasie van een onderzoekster de exacte protozoën kunnen veranderen in feeën en wormen, of hoe een cel onder een bepaalden gezichtshoek een gemantelde fabeljuffrouw kan worden. Behalve curieus zijn deze teekeningen dus ook nog merkwaardige voorbeelden van de resten aan naïef, concreet voorstellingsvermogen, die zelfs bij een wetenschappelijk geschoolde telkens weer boven komen drijven. Men schenkt in het algemeen veel te weinig aandacht aan dit soort begeleidende ‘officieuse’ verschijnselen, omdat men een vertegenwoordiger der wetenschap meestal onmiddellijk vereenzelvigt met zijn publicaties in vaktijdschriften. Uit dit boekje blijkt nu, hoe in mej. van Herwerden het naïeve kind is blijven leven, dat in een vorm, ook al is het die van een abstracte figuur, voor alles de gelijkenis zoekt met menschelijke trekken en menschelijke gebaren. Men kan zulke uitingen van spontaan teekenen vergelijken met de kleine bijgeloovigheden, waaraan zoo ongeveer alle ‘verlichte’ Europeanen nog plegen te lijden: zij stappen over drie trottoirtegels heen en loopen achter een ladder om, omdat zij met al hun ‘verlichting’ toch ergens gebonden zijn gebleven aan den primitieven mensch in hen. En in dergelijke dingen verraadt een persoonlijkheid vaak meer dan in officieele voordrachten voor het publiek.
Zoo is dit voor bibliophielen, teekenaars en psychologen begeerlijke boekje behalve een sierlijke curiositeit ook een belangrijke bijdrage tot de kennis van het spontaan-naïeve in een vrouw van wetenschappelijke beteekenis.
M.t.B.