Elisabeth Augustin, Volk zonder Jeugd (P.N.v. Kampen en Zn. A'dam z.j.)
Mevr. Augustin behoort tot die vrouwen, die er plezier in hebben zich de wereld voor te stellen uitsluitend onder het gezichtspunt van het naturalisme. Haar vorig boek, ‘De Uitgestootene’, was zulk een erfenisje van een stijl, die in korte, stootende zinnen en vooral veel stankbeschrijving uitmuntte; haar tweede boek gaat in die lijn voort. Alleen is het onderwerp nu een meisje, dat in Berlijn haar onschuld verliest en tenslotte zelfs de baan op gaat (wordt gestuurd is juister). Wat mevr. Augustin over deze Käthe heeft mee te deelen, is van zeer weinig belang, aangezien zij het talent mist om ons voor zulk een personage te interesseeren. Maar des te onsmakelijker is de terminologie; men weet, dat staat flink om zoo de dingen te durven zeggen als een ruwe man. Mevr. Augustin wil tot iederen prijs laten merken, dat zij het leven kent en geen idealiseering van welke geur van de straat ook zal dulden in haar werken.
Ik kan deze schrijfster nog altijd niet anders dan volkomen onbelangrijk noemen. En jammer voor haar, dat zij niet geboren is in den bloeitijd van het naturalisme! Dan had zij althans mee kunnen doen met de andere volgelingen van Zola, die den meester in klein formaat navolgden. Nu is dit alles erg vleux jeu ook nog.
M.t.B.