Prof. Brugmans, de leermeester
Men schrijft ons:
Nu prof. Brugmans zijn 70sten verjaardag gaat vieren en zijn ambt neer gaat leggen, zullen de gedachten van menigen oud-leerling naar hem uitgaan. In het overzicht van de werkzaamheid van den hoogleeraar, dat men gisteren in deze courant heeft kunnen lezen, werd (uiteraard!) niet de nadruk gelegd op den persoonlijken omgang van prof. Brugmans met zijn studenten, op de vrijheid, die hij hun altijd placht te laten bij hun studie, op zijn hartelijkeid en tegemoetkomendheid, waarmee hij ‘nieuwelingen’ in de academische sfeer steeds op hun gemak stelde. Daarvan willen wij, die het voorrecht hadden onder Brugmans' leiding te studeeren, gaarne nog eens speciaal melding maken.
Niemand begreep beter dan Brugmans, wat het in de wetenschap beteekent: te leven en te laten leven. Zelf bezield met een groote genegenheid voor zijn geliefd Amsterdam, kon hij best begrijpen, dat niet iedereen zich op dat gebied wilde specialiseeren; hij was geen ‘pan-Amsterdammer’, maar voor alles een begrijpende gids in het zoo uitgestrekte gebied der historie. Brugmans heeft alle goede karaktertrekken van den echten liberaal; hij was, ook als hoogleeraar, geenszins een leidersfiguur, die zijn leerlingen uniformeeren wilde, maar hij liet aan hun ambities opzettelijk vrij spel. Daarvoor zijn wij hem dankbaar, en het zou ons niet verwonderen, als den scheidenden geleerde daarvan de duidelijke bewijzen in deze voor hem zoo beteekenisvolle dagen gewerden. Een humaan mensch, een uitstekend paedagoog, een goed vriend van zijn studenten en promovendi neemt afscheid van Amsterdams Hoogeschool. Wij, die achter de groene tafels van het Historisch Seminarium naar zijn woorden hebben geluisterd, zullen hem niet vergeten en ook nog wel eens denken aan het typische Amsterdamsche grachtenhuis, waar prof. Brugmans onze kennis der geschiedenis beproefde.