Still going strong....
De bundeltjes van mr Wijnstroom
Mr J.J. Wijnstroom is een merkwaardig man. Hij heeft een reeks boekjes onder den gezamenlijken titel ‘Dietsch Verleden’ opgezet en laat er nu zoo om de veertien dagen één verschijnen, van zeer geringen omvang (wat nog tot daar aan toe is), maar ook van zeer geringe qualiteit. Ik heb nu al weer vier nieuwe deeltjes beet (alsmaar verschenen bij Van Dishoeck te Bussum), en hoe lang het nog zoo verder moet gaan weet ik niet. In deeltje VII komt het volgende poëem voor op onze residentie, Den Haag:
Dit is wel geen verleden, maar toch in zekeren zin wel Dietsch, en wat dat waaiende duinzand betreft, het is volkomen realistisch gezien. Deeltje VIII en IX heeten resp.: Willemijntje en andere Poëzie’, ‘Episode en andere poëzie’; maar hier is nu weer het gekke, dat er.... geen poëzie in voorkomt, maar uitsluitend proza (ten minste niet-rijmende regels)! Hoe zit dat, mr Wijnstroom? Een dezer stukken ‘poëzie’ begint overigens heel aardig:
‘Ik heb wat je noemt zoo stierlijk de pest aan ze, aan die twee schijnheilige Angel-Saksers, die hier het christendom zijn komen brengen.’ Waar men al het land aan kan hebben, in het Dietsch verleden....
Deeltje X heet ‘Johan Evertsen en Meer’. Hierin staat wèl poëzie, maar ook proza. ‘Meer’ beteekent blijkbaar ‘poëzie en proza’, ‘poëzie’ beteekent echter, blijkens de vorige deeltjes, ‘proza’ sec, volgens mr Wijnstroom. Ik beken mij, duizelend, verder absoluut onmachtig zijn gedachtensprongen en zijn reeks te volgen.
M.t.B.