Het vanzelfsprekende wonder

S. Vestdijk, De Verdwenen Horlogemaker. (N.V. Leopolds uitg. Mij, Den Haag 1939).

In zijn essaybundel ‘Lier en Lancet’ heeft Vestdijk een uitvoerige studie gewijd aan het proza van Kafka en speciaal het schuldprobleem in dit werk. Uit de thans verschenen novelle ‘De Verdwenen Horlogemaker’ (het Junicahier van ‘De Vrije Bladen) moet men concludeeren, dat Vestdijk, behalve theoretische belangstelling voor Kafka, ook stylistische eigenschappen heeft, die verwantschap vertoonen met Kafka's stijl. Het gegeven van dit merkwaardige verhaal doet tenminste sterk denken aan ‘Die Verwandlung’, de prachtige novelle, waarin Kafka beschrijft, hoe een normaal man in een insect verandert.... of beter gezegd aan het begin van de handeling al verandferd is; want de qualiteit van dezen stijl hangt nauw samen met de vanzelfsprekendheid dezer gedaanteverwisseling, die geenszins als een wonder wordt opgediend, maar eenvoudig als een gebeuren, waarvan de lezer zelf mag uitmaken of hij het wonderbaarlijk wil vinden of niet.

In dezen zin is ook ‘De Verdwenen Horlogemaker’ geen ‘wonderverhaal’. De horlogemaker Albertus Cockange, die verdwijnt, omdat hij te zeer door den Tijd (de uurwerken) gecompromitteerd is, verdwijnt op nuchtere wijze, langs chemischen weg. Hij blijft bestaan, maar in een toestand van lichamelijkheid, die het hem mogelijk maakt aanwezig te zijn zonder gezien te worden. In zijn gezin leeft hij dus als een machteloos toeschouwer, die nu pas ontdekt, wat hij allemaal achter zijn rug heeft moeten duiden; ook hier in zekeren zin de aflossing van een schuld, die zich jarenlang opgehoopt heeft. Herinnert het gegeven en de vanzelfsprekendheid der gedaanteverwisseling aan Kafka, het milieu van den horlogemaker is door en door ‘Vestdijksch’ en doet eerder denken aan het gezin uit ‘Else Böhler’, niet het minst door de humoristische en toch beklemmende situtaties, waarin Cockanje verzeild raakt. Zulk een novelle schijnt de productieve auteur uit zijn mouw te schudden, maar hij zit er nochtans met zijn heele persoonlijkheid in.

M.t.B.