Menno ter Braak
aan
Roel Houwink (Zeist)
Amsterdam, 6 november 1924
Amsterdam 6. XI. 24.
Geachte heer Houwink
Uw brief van 2. XI. 24 bereikte mij gisteren ter redactie van ‘Propria Cures’. Wanneer U aan het pseudoniem ‘Scissor’ den naam van ondergetekende verbindt, behoef ik U verder niet meer te betoogen, welk standpunt ik tegenover ‘De Vrije Bladen’ inneem. Als Scissor schrijf ik geregeld Litt. Kronieken voor ‘Propria Cures’, welks Scaenicarubriek ik verder verzorg. Maar waarschijnlijk zult U door Marsman via Binnendijk een objectiever beeld van mijn pennevruchten kunnen opstellen, dan dat ik dit zelf zou vermogen. In beginsel ben ik natuurlijk zeer gaarne bereid mede te werken aan ‘De Vrije Bladen’ en voorloopig acht ik de essay daartoe de geschikste vorm. Misschien is, gebaseerd op deze algemeene beperking, nader overleg mogelijk, hetwelk ik zeer op prijs zal stellen.
Met de meeste hoogachting,
Uw dw.
M. ter Braak
den Texstr. 31b
Origineel: Den Haag, Letterkundig Museum.