[Journaal]



illustratie

Ruttmann's ‘Tonfilm’

Van Ruttmann's geluidfilm ‘Melodie der Welt’ is te Berlijn onlangs de première gegaan. Ruttmann zelf schreef hier o.a. ter toelichting bij:

 

Gerade der Tonfilm hat nun schon in der Wesensart seiner Herstellung gewisse Besonderheiten, die das frühere diktatorische Gegeneinander von Künstler und Publikum ausschliessen. Der vordem mögliche Typus des Künstlers in der Dachkammer - Erfolg garantiert in 200 Jahren - ist für uns eine komische Figur. Der Tonfilm dagegen erlaubt nicht mehr die Versessenheit und Selbstverliebtheit in ein Spezialtalent. Es wird gleichgültig, wenn einer nur musikalisch ist oder nur poetisch oder nur malerisch. Es entfällt die Trennung der spezifischen Begabungen und - da Kunst heute für den Menschen gemacht wirdt, dieser Mensch aber sowohl Auge wie Ohr wie Gehirn hat, - ergibt sich die Notwendigkeit des dementsprechenden universellen Künstlertypus. Der Ueberdruss von Konzertsälen, Bildergalerien und Theatern hat zum Kino geführt. In ganz anderer - und wie ich glaube - ungleich stärkerer Art wird der Tonfilm in der Lage sein, aus der Enge spezialistischer Kunst und Unterhaltungsbefriedigung zu führen, wenn...wenn er von Anfang an Mut genug hat, original zu sein, wenn das Vertrauen des Produzenten in seine Sache gross genug ist, um sie nicht zu einem Reproduktionsverfahren zu degradieren, dessen anfängliche Verblüffungswirkung in kürzester Zeit verebben muss. Dies Verebben geschieht aber mit tödlicher Sicherheit, wenn man darauf baut, dass die Menschheit länger als ein halbes Jahr Spass daran hat zu konstatieren, dass sein Kinoliebling im selben Takt sprechen kann wie seine Lippen sich bewegen.

Wie aber? -

Man versuche sich klar zu machen, dass Tonfilm seiner Gestaltungsmethode nach nichts anderes sein kann als Kontrapunkt. Das heisst: Bild kann nicht verstärkt werden durch parallel laufenden Ton. Das wäre unbedingt Abschwächung, genau so wie bei einer wiederholten Beteuerung oder wie bei einer faulen Ausrede, die man mit zwei verschiedenen Argumenten zu stützen sucht.

Een openbaring?

‘Comoedia’ bericht het volgende uit Hollywood:

 

On vient de tourner un film où n'apparait pas un seul être humain, bien qu'il s'agisse exclusivement d'un homme et d'une femme dont on raconte les aventures et même avec une précision singulière. Ce film, intitulé Monsieur et Madame, a pour seuls acteurs des tables, des chaises, des automobiles et divers autres objets inanimés.

La comédie ainsi représentée exploite le principe du ‘symptôme’. On ne montre pas les faits mêmes, mais les détails accessoires qui en sont le signe. Qu'une automobile démarre à tel endroit, de telle ou telle façon, cela suffira pour que nous apprenions qu'elle emporte deux nouveaux mariés. Une pair de souliers de dame auprès d'une pair de souliers d'homme, sous une banquette de pullman, nous feront savoir que les jeunes époux sont partis en voyage de noces. Un registre d'hôtel portant les noms de ‘Monsieur’ et de ‘Madame’ indique le terme du voyage. Un écriteau avec ces deux mots: ‘A louer’, nous avertira que les mariés cherchent un logement. Une plaque neuve sur une porte nous apprendra qu'ils ont trouvé un logis. La jeune femme ne sait pas faire la cuisine, car des casseroles brûlent sur les fourneaux. Des boîtes de conserves permettent bientôt de tourner la difficulté.

Nous apprenons ensuite que le mari est las de la vie matrimoniale, qu'il abandonne sa femme, puis qu'il revient et que les époux se réconcilient, toujours sans voir les époux. Et, comme personne ne parle, il n'y a pas un seul sous-titre.

 

Deze ‘openbaring’ doet zonderling aan, in April 1929. Wat de avantgarde sedert jaar en dag als grondslag van haar streven beschouwt, wordt hier den volke verkondigd als een noviteit! Alpha en omega der filmkunst - het sympto-

[p. 425]

[105]

 

matische van ieder filmobject - worden in officieele kringen ‘ontdekt’, nadat de avantgarde hun waarde reeds herhaalde malen in de practijk bewees! Zoo ontdekken de hed endaagsche Columbussen van Amerika Europa!

M.t.B.

Dieren-ballade.

Niet voor een Pluimvee-tentoonstelling, maar voor de Parijsche Tribune Libre heeft onze medewerker S. Silka, in samenwerking met Mme Dr. T. Taldy, een speelfilm voltooid, waarin een eend en een hen de hoofdrollen spelen. ‘Die Ballade vom Enterich’ heeft een compleet, zelfs spannend scenario, echter zonder happy e(e)nd: als door zijn schuld de hen verdronken is in de vijver, waarin hij haar wilde binnenleiden, keert de woerd naar het erf terug om onder het slachtmes van de boerin vrijwillig den dood in te gaan. Het zal voor onze keuringscommissie een probleem zijn of de leeftijdsgrens voor deze even bloedige als wellustige film bepaald dient te worden naar die der kinderen of der kippen.

Joris Ivens' ‘regen’

Werd in dit seizoen der Filmliga niet tot opvoering gebracht, omdat het in den gedenkwaardigen winter van 1928-29 niet beliefde te regenen.

Arnhemiana

De ‘Nieuwe Arnhemsche Courant’ heeft de matinée der Arnhemsche Liga verslagen, als volgt:

 

De ‘symphonie van den grooten strijd’ van Walter Ruttmann moet meer gemeng de gevoelens hebben opgewekt. Er waren tal van aardige vondsten in, maar het geheel was wat te slapjes. Curieus werk van Ivens en Ruttmann vulden het programma aan.

 

Wat te slapjes. Ja, ja, vol met grapjes en stoplapjes. De symphonie van den grooten strijd,...er was ook in den oorlog eens een redacteur met een amsterdamsch accent, die een bericht moest telefoneeren over ‘De Toestand in den Reuzenstrijd’. In de krant stond later ‘De Toestand in de Rozenstraat’ en iedereen ging kijken wat een reuzefilm daar te doen was.

Och ja, die journalistiek weet wat! Van de ‘hooge kunst’ moet ze maar afblijven.

Wat is een Liga-film?

Charivarius ten spijt begint het aaneenlijmsel ‘liga-film’ burgerrecht te verkrijgen, ook buiten den kring der leden. En hoewel het bestuur der Liga onschuldig is aan Liga-boorden en Ligabiscuits, die haar op Sinterklaas door opmerkzame leden (of ijverige agenten) plegen toegezonden te worden, vermeldt zij toch gaarne de volgende passus uit een notariëele rede, voorkomend in het W(eekblad) (voor) N(otarisambt), P(rivaatrecht) (en) R(egistratie): ‘Het was als een film, maar dan een liga-film’. Intusschen vragen wij, die het verband niet kennen, ons met eenige ongerustheid af of dit een prijzende qualificatie is? Maar Prof. Stoett zal er in de volgende druk van zijn bekend Spreekwoordenboek rekening mee moeten houden, evenals met ‘Tuschinski-stijl’ voor moderne binnenhuis-architectuur en ‘Telegraafmethodes’ voor journalistieke standing.

H.S.