[p. 1097]
Fabriekschacht
Gij kunt maar moeilijk praten
met dat sigaretteneindje in uw mondhoek.
Gij zijt de jongste werker van heel uw hoek,
maar toch niet minder mannelijk dan uw maten.
Gij voelt u veel te jong
voor de ouden met hun oude gedachten.
Omdat de jongeren met u lachten
hebt gij als zij uw pet,
op het eene oor gezet.
Zij zijn nu zeer blij
omdat gij doet als zij:
al met de meisjes spotten durft
en harde, ruwe woorden
glashelder in het atelier
losknallen laat.
Gij hebt van hen geleerd
welk de eerste wijsheid is,
dat de Zondag voor u is,
na het bijwonen der mis
in aandachtig praten
met een van uwe maten,
de voetbal, liefde, wijn.
Zelfs moeders droeve oogen
zullen u geen andere wijsheid leeren mogen.
Willem Elsland