V.E. van Vriesland
aan
Menno ter Braak

Rotterdam, 3 juni 1935

Rotterdam, 3 Juni 1935

Leuvehaven 34b

Beste Menno,

In de eerste plaats dank voor De Pantserkrant. Ik had het nog niet gelezen. Tooneel lijkt het me wel, eerlijk gezegd meer dan ik verwacht had. Maar de lange apologie van Pankow, die het hoogtepunt moet zijn, vind ik niet erg gelukkig. Voor een type als hij weet hij daar te precies, waarom hij deed ... wat hij instinctief deed. Die rechtvaardiging is te ernstig voor een spel en te speelsch voor ernst. Een ronduit-humanitair standpunt ware conventioneeler en banaler maar - geloofwaardiger -. Ik zal je wel eens vertrouwelijk vertellen wat het Uts-Dagblad ermee gedaan heeft.

Schuhmacher - Dat kan ik volkomen begrijpen. Maar een langer stuk met illustraties, - nog afgezien ervan of ik den tijd ertoe zou kunnen vinden - zou op de afzonderlijke werken moeten ingaan, en ik vond het juist aardiger dat nu eens te vermijden en mij aan een algemeen kenschets te houden. Bovendien heeft een dergelijk stuk weinig zin meer wanneer de expositie is afgeloopen.

Blijstra: consulteer Vestdijk nog eens of hij iets voor een fragment voelt. Wij moeten m.i. niet nalaten, als we iets voor dien jongen doen kunnen, - vooropgezet natuurlijk dat het werk voldoende acceptabel is. Ik voor mij herinner er mij niets meer van; maar ik krijg alleen voor de krant al gemiddeld 10 novellen per week onder oogen. En stuur het hem anders (met een opbeurend woord terug: Calle Fr. Macia 9, Playa dAro, (Por Castell de Aro) Prov. Gerona, Espaa.

Over Forum spreken we dus bij gelegenheid uitvoerig; het zal je dan blijken dat niet onmogelijk mijn besluit ten slotte met het jouwe zal samenhangen.

De houdingen der Vlamingen vind ik ook zeer onbeschoft. Maar als je je bruskeert met Virginia valt de boel waarschijnlijk uit elkaar. Ik zou niet meer schriftelijk met ze discussieeren, maar hun melden dat we bereid zijn voor 20 juni nog in Rotterdam de zaak met hun te bespreken en het stuk anders in Juli plaatsen.

Ik zie dat ik je laatste kattebelletje op de krant heb laten liggen en zal dus deze brief morgen op mijn bureau afmaken.

 

Dinsdag

Vestdijk is ter zetterij. Jammer dat hij in zijn anthologie De Regel uit het Zichtbaar Geheim niet noemt.

Eddy heb je al bevestigend geantwoord. Principieel bezwaar heb dan ook geenszins, maar zoals je weet heb ik de kleine Panopticum-bijdragen van Eddy lange niet altijd gelukkig gevonden. Ik maak dan ook het uitdrukkelijk voorbehoud, dat deze stukjes van Eddy gewoon evenals alle andere copy circuleren moet, zoodat ze gelegenheid hebben ze apart te bekijken en er over te stemmen. Je wilt Eddy met het oog daarop misschien bij gelegenheid wel even vragen, ze niet al tezeer op het laatste oogenblik in te zenden, zoodat voor overleg zoonoodig tijd blijft.

Hart. gr.

Je Vic

 

Origineel: Den Haag, Letterkundig Museum

vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie