Ant Faber
aan
Menno ter Braak [Rotterdam]

Zutphen, [5 juli 1932]

Zutfen, Dinsdagavond

 

Lieve Menno! (Let wel!)

Ik ben héél goed overgekomen! pikte mevr. Bloemers in Amersfoort op en bood haar in Apeldoorn een kopje koffie aan gedachtig aan het woord: ‘wees lief en vertroetelt haar!’ Mijn zusje haalde mij van de trein.

‘Ik kan de nieuwe toon nog niet goed vinden’; heb ook mijn vulpen bij jou laten liggen en ik ben nu genoodzaakt met een heel raar pennetje te schrijven (neem je hem mee de 16de er zit een elastiekje om).

'k Heb zeer genoeglijk gepeinsd onderweg en was heel wat prettiger gestemd dan de vorige reis van Rotterdam naar hier.

Waarom ben ik toch een mensch, die voor alles zoolang tijd noodig heeft: op 't oogenblik vind ik alles zóó eenvoudig, dat ik niet begrijp, waarom toch die lange omweg noodig is geweest. Ik vind het zelfs zóó eenvoudig, dat ik het nog steeds niet gelooven kan en het eigenlijk ook nog niet durf te gelooven. Op dit gebied twijfel ik aan veel, ook aan me zelf. Heb je je nog steeds niet heimelijk bedacht?

Maar ach, nu ben ik heel erg blij en dat neemt geen mensch me meer af. 'k Heb het feestelijke pyama'tje nog maar aangetrokken vannacht.

Je bezoek voor Zaterdag de 16de aangekondigd.

Verder vind Vader het heel goed, dat je de 2de helft van Juli hier komt. De plannen zijn nu als volgt ontvouwd: 17 Juli Doetinchem tot ± 20 Juli. Tot 31 Juli hier; vervolgens Mieneke naar een kamp. Vader en ik een week samen op reis. 7 - ± 20 Aug naar Groningen, je vult dus maar in, wanneer je hier wilt komen. 'k Verheug me zeer!

'k Ga gauw naar bed, want 'k ben nog steeds vreeselijk moe. Schrijf het kleine meisje maar gauw een gezellige brief.

M'n schoenen glimmen van genoegen over hun 9+ behaald in het schoonheidsconcours.

Dag! 'k Houd veel van je.

Veel groeten van

je Ant

 

Origineel: Den Haag, Letterkundig Museum

vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie