Ant Faber
aan
Menno ter Braak [Rotterdam]

[Scheveningen], [na 21 april 1933]

Lieve Menno

Dank voor je brief, die ik Zaterdagmorgen ontving. Het mooie weer komt nu, een strop voor U. Ed. 'k Had het wel gezellig met de danseres. 't Is een genoeglijk mensch zonder pretenties. 'k Ga graag mee naar Tiel, de volgende Zaterdag. Denk er alleen om dat ik tot 5 uur dienst heb. 't Was druk hier de vorige week, alle vrije tijd is er bij ingeschoten, geen vrije middag, zoodat ik eenigszins op mijn einde loop. De danseres houdt nl. óók veel van nachtbraken. Ik kom dus Woensdag in Rotterdam, genoeglijk dat je weer in de buurt bent. Ik kom niet vroeg, moet eerst naar de kapper, vervolgens ‘stemmen’, je ziet me wel.

Ik zat met Tine in de tram om 12 uur en hoorde zoodoende vele wederwaardigheden. De verjaardag is dus goed afgeloopen.

Groet Truida. Kan ik het manuscript nog houden b.v. tot Zondag, 'k heb niet veel tijd gehad. Als je 't Woensdag terug wilt hebben moet je 't even schrijven.

Dag. Tot ziens.

Veel liefs,

Ant.

Ik las net de Gulden Winckel met het interview van Vestdijk. Wel aardig.

Dag.

Origineel: Den Haag, Letterkundig Museum