Menno ter Braak
aan
Victor Varangot (Woluwe)
Den Haag, 7 februari 1935
7 Febr. 1935
B.V. en T.
Zooeven jullie brieven ontvangen. Ik had juist de huwelijksformaliteiten in orde gemaakt; de zaak is in orde, de voltrekking kan 27 Febr. 10 ¾ uur plaats vinden. Alleen moet Truida misschien nog eerder overkomen voor de verandering van haar pas, maar ik zal trachten gedaan te krijgen, dat zulks in commissie kan geschieden.
De zaak met Gijsen is zeer onaangenaam. Natuurlijk ben ik niet van plan te wijken voor Rome; gaat Forum maar liever op de flesch. Ik hoop echter, dat er met behoud van Virginia een modus kan worden gevonden, want overigens was de samenwerking uitstekend.
Wat de arbeidsmogelijkheden betreft, ik zal mijn best doen, ben echter zeer sceptisch. Ik wil bij deze gelegenheid (na een gesprek, dat ik eergisteren met Wim had) niet verhelen, dat ik na V's débâcle aan het Holl. Weekblad het heele huwelijksplan vrij absurd vind. Maar omdat ik er niet van houd mij in zulke dingen te mengen, wil ik jullie alleen precies zeggen, hoe mijn houding zal zijn. Ik kan, na wat er aan het Hol. Weekbl. is gebeurd onmogelijk aanbevelingen op journalistiek gebied voor V. geven, omdat ik (dat ligt voor de hand) nù absoluut niet meer overtuigd ben van zijn qualiteiten op dit terrein. Op zichzelf is dat eerder een recommandantie dan een slechte noot voor iemands persoonlijkheid, want bekwaamheid in de journalistiek bewijst geen karakter, dikwijls het tegendeel; in dit geval maakt het mislukken op mij echter een tamelijk belabberden indruk, omdat het verdere stappen in deze richting voorloopig vrijwel onmogelijk maakt, en V. op geen andere manier zijn kost kan ophalen. Mijn advies is dan ook, dat hij er radicaal van afziet in dit bedrijf te blijven liefhebberen, en althans een of andere studie afmaakt; kan hij intusschen met vertalen geld verdienen, dan des te beter; maar laat hij niet met de illusie gaan leven, dat iemand in Nederland van de pen kan leven. De tijdschriften bieden een uiterst beperkte mogelijkheid, en dan is het daarvoor nog noodig, dat het werk de moeite waard is. Ik kan in geen geval voor stukken in Forum stemmen uit liefdadigheid; voor de Moord op Alexander heb ik uit overtuiging gestemd, maar de beide anderen waren tegen.
Deze opmerkingen zijn vriendschappelijk bedoeld, al mogen ze scherp klinken. Ik zou er niet aan denken ze te maken, als V. zich door dat huwelijk niet in een sociale verhouding begaf, waar wij in zekeren zin ook mee te maken hebben of kunnen krijgen, waar de oudelui geheel en al onmachtig zijn om te steunen. Het sociale bezwaar is dan ook het eenige, dat ik heb, dat zal jullie trouwens bekend zijn; maar het huwelijk voor het stadhuis is een sociale quaestie en vandaar deze commentaar. Er bestaat m.i. op dit oogenblik een zonderlinge tegenstelling tusschen jullie hardnekkigheid om te trouwen en de practische mogelijkheden, om het huwelijk onafhankelijk van anderen in stand te houden.
Het kwam mij voor, dat ik verplicht was dit eerlijkheidshalve vooruit te zeggen, mede namens Wim. Mocht het gezegde het effect hebben dat er iets anders uit de bus komt dan een stuk over La Condition Humaine naar aanleiding van een dancing, dan zal ik luidkeels juichen; zoo neen, dan weet jullie, hoe ik in dezen denk, al zal ik er natuurlijk niet meer over spreken en verder ook met pleizier getuigen.
m.h.g., ook van Ant,
Menno
Origineel: Bijzondere Collecties van de Universiteit van Amsterdam