Menno ter Braak
aan
J. Greshoff
Rotterdam, 26 november 1933
R'dam, 26 Nov. '33
Beste Jan
Zeer hartelijk dank voor je brief, waar ik bijzonder mee in mijn schik was, als zijnde een document van volledige ‘verzoening’. Maar maak je nu niet al te veel verwijten over deze zaak! Per slot van rekening was ik feitelijk in gebreke gebleven door je niet op de hoogte te houden en was alleen het ‘naspel’ misschien iets te ongemotiveerd. Maar nogmaals: geen haar op mijn hoofd, dat er meer aan denkt. Alleen is nu inderdaad het rampzalige gevolg gekomen, dat ik verwachtte: vanmorgen een zeer heftige brief van Eddy, die nu niet meer aan ‘Forum’ wil meedoen (of tenminste nauwelijks, met tegenzin), die in de redactie van Gr.Ned. wil, als jij hem dat vraagt, die mij, in één woord, nog eens, op grond van zijn inlichtingen natuurlijk en met de beste bedoelingen, beschuldigt van weet ik al niet wat. Ik moet hem nu alles weer uitvoerig gaan uitleggen, en het ergste is, dat ik hem voor 1 Dec. niet meer kan bereiken! Volgens mij is het op dit oogenblik voor de goede zaak een zeer slecht ding, als hij in Gr.Ned. gaat zitten, nu hij uit ‘Forum’ is gegaan; dat beteekent voor de buitenwereld: een farce, waarbij alle Donkers en de Vriezen gnuiven. Hij schrijft zelfs, dat hij er over denkt, ‘Forum’ te gaan bestrijden! Wat heb ik ontketend door een week nonchalance! - Schrijf hem, als je het nog niet gedaan hebt, nog eens, dat wij tot volledige overeenkomst zijn gekomen; want ik moet hem nu een vrij scherpe brief schrijven, die hij pas 1 Dec. in Parijs zal vinden. Voor mijn gevoel is het belachelijkste, wat we nu kunnen doen, een rel tusschen Gr.Ned. en ‘Forum’ te gaan ontketenen; iedereen, die vlast op het uiteenvallen van een bondgenootschap, zal zich verkneukelen over zooiets.
Wij komen dus Zaterdag, met de Pullmann maar, want de radio dokt. Ik heb het al maar idioot druk en schrijf dit in groote haast.
hart.gr. onder A2 en T, en een hart. hand van je
Menno
P.S. Moet je ‘Nietzsche contra Freud’ nog hebben voor Jan.? Het ligt hier klaar.
Origineel: Den Haag, Letterkundig Museum