Menno ter Braak
aan
J. Greshoff
Den Haag, 6 juli 1938
Den Haag, 6. Juli '38
Beste Jan
Ziehier ons reisplan, dat als alle sterfelijke voornemens aan de lotswisseling onderhevig kan zijn, maar ‘semi-permanent’ in onze hersens zit:
Wij vertrekken 17 Juli (Zondag) met den nachttrein naar Parijs. Reizen direct door en zijn dan waarschijnlijk 's avonds in Marseille. Dinsdag 19 Juli in den loop van den dag zouden wij dus in Antibes arriveeren, als dat jullie schikt. Ik voel n.l. alles voor je idee om de Provence pas op de terugreis aan te doen. Voor alles heb ik behoefte aan rust, en daarom spreek ik héén ook liever geen menschen in Parijs. Kun jullie je met dit plan vereenigen? Of heb je nog practische wenken, b.v. omtrent Marseille, dat ik wel even zou willen bekijken, maar heen of terug is mij hetzelfde.
Het is hier voortdurend zulk onbeschrijflijk rotweer, dat ons verlangen naar vacantie in het Zuiden nog extra zwelt. En het is druk, goddome!
Vandaag heb ik de ƒ40 van Van Schendel voor den goeden Hein geïncasseerd. Het is werkelijk allervermakelijkst hem er zoo in te laten loopen. Hij is zeer gelukkig. Bedank v.S. voor zijn medewerking! En groet hen beiden zeer!
Ik ben bezig ‘Sibylle’ te lezen. De eerste helft vind ik zeer de moeite waard; ik ben bepaald benieuwd naar het verloop van deze roomsch-kettersche historie.
Mijn boek ‘In gesprek met de Vorigen’ is bij Nijgh, het contract heb ik al. Dus nu: niets doen en nog eens niets doen, van de menschelijke en climatologische warmte profiteeren.
Wanneer gaan jullie naar Jan der Pijnen? Schrijf over een en ander nog even, als de zonnebrand je tijd laat.
Veel hartelijks over en weer
je Menno
Je zag zeker, dat ik het Marsman-no. met verbijsterenden spoed refereerde. Merkwaardige tegenspraak tusschen het denigreerende artikel van Stuiveling en dat toch werkelijk zeer goede essay van Henny over mijn werk! Dat zoo iemand als criticus ‘geannuleerd’ zou moeten worden, is toch al te dwaas.
Bedankt voor de levensteekenen!!
Origineel: Den Haag, Letterkundig Museum