J. Greshoff
aan
Menno ter Braak
[Kaapstad], 20 november 1939
No V
Verzonden 20 Nov 39
No I | 6 Nov. |
No II | 8 Nov. |
No III | 11 Nov. |
No IV | 14 Nov. v.m. |
14 nov. '39 namiddag
Beste Menno,
Mijn correspondentie met je is voor mij een onmisbaar genoegen geworden. Ik was een dagboek begonnen, maar heb dat opgegeven, daar het een soort kopijboek van deze brieven geworden zou zijn; want daarin noteer ik zonder eenige samenhang vrijwel alles wat mij invalt. Alleen ben ik er niet zeker van dat ze je bereiken. Ik maakte vanmorgen in de boekhandel H.A.U.M. even kennis met Gladstone Louw. Hij vertelde mij dat tal van brieven door hem uit Nederland verzonden niet, of nog niet door zijn ouders in Kaapstad ontvangen waren. God weet hoeveel brieven van jou, van Rantwijk etc. er nog onderweg of verloren zijn. Misschien zijn Eddy's brieven aan mij ook wel weggeraakt. Dit is een zéér naar gevoel. Het vertrouwen op de post was tot heden een der hoeksteenen van mijn bestaan! Ofschoon de angst voor een inval verdwenen is, blijft het gevoel van ‘onlust’ door die z.g. vredespogingen van Nederland en België. Wat is dat toch voor een verschrikkelijk iets en wat steekt daar achter? Ik kan het niet anders zien dan als hand- en spandiensten ten bate van hittelaar, maar... kan men nog van zoo'n afstand de Toestand wel beoordeelen? Ik zou willen hebben, dat E. en Fr. daar in s hemelsnaam niet op ingaan. Ze staan er prachtig voor. De val van het nazidom is slechts een kwestie van tijd. Ze zullen nù toch niet zoo volslagen krankzinnig zijn om toch ten slotte bakzeil te halen. En Polen dan? En Tsjechoslowakije? En Oostenrijk? Als ze nu toegeven aan vrede is geen enkele neutrale staat zijn bestaan meer zeker. Ik hoop van harte enige verklaring voor dit uiterst pijnlijke gedrag van het vaderland te krijgen. In raadselen wandelt de mensch op aard: zoo begrijp ik absoluut niet waarom de post zoo ellendig slecht werkt. Er komt iedere week een mailboot uit Engeland die er gewoon 14 dgn over doet. Reken dan 2 dagen v. Nederl. n. Engeland, maakt 16 dgn. Waarom stuurt men de post met Nederl. schepen, die maar hoogst zelden komen??? Voor de oorlog ging alle post ook via Engeland. Ik zal Arthur van Rantwijk, in zijn functie van brievenbesteller, eens om uitsluitsel daaromtrent vragen. Het wil er bij mij niet in dat een oorlog, waarin niet gevochten wordt, zoo desorganiseerend moet werken!
Er bestaat, dat merk ik nu aan den lijve, voor ballingen een groot gevaar voor malen. Allerlei weinig belangrijke zaken krijgen een extraordinaire betekenis en nestelen zich in je gedachten. Zoo b.v. de post. Ik ben altijd een liefhebber van post geweest; maar nu is het een probleem geworden, waar veel te veel over gepraat en gedacht wordt. Alles wordt met post in verband gebracht en er afhankelijk van gesteld... En in verband daarmede ontwikkelt zich het gevoel van machteloosheid, van aan-een-plaats-onherroepelijk-gebonden-te-zijn. Ook is er een gevaar, dat men alles alléén in verband met zich zelf gaat zien. Deze oorlog heeft mij het meest getroffen, omdat jullie reisplannen, waar ik mij zooveel van voorgesteld had, daardoor in het honderd gelopen zijn. Ballingschap is de juiste school voor het egoïsme.
Gisteren en vandaag een hardnekkige hoofdpijn. En ik zou eigenlijk hard aan het werk moeten. Voor Die Huisgenoot moet ik zoo spoedig mogelijk afleveren: mijn gewone maandartikel; dan een artikel over De Kamers en over Henrriëtte R'Holst; voor Trek mijn gewone 14 daagse artikel, voor Die Brandwag reisbeschrijvingen en in De Huisgenoot 3 grotere boekbesprekingen nog. En ik zit maar wat te lezen en te darren, zonder tot iets te komen.
Je stuk over A.v.S. heb ik nu gelezen. Goed. Kritisch en toch in overeenstemming met Arthur's [positie]. Ik ben nu verlangender dan ooit naar het boek!
Hoe gaat het met Van Crevel? Is Wim er al achter wie hem belaagt? Verzaak niet mij dit te schrijven! Zulke pittoreske kleinigheden vermaken mij ten zeerste.
15 nov
Hedenmorgen werd ik verrast met een dwangbevel van de belasting uit Arnhem!! Grondlasten voor mijn huis aldaar. Anders betaalt de Amsterd. Bank dit altijd. Waarom dit nu niet geschied is, kan ik niet vermoeden. Maar het bewijst wel de ijver en de speurzin van ons inningswezen. Hedennamiddag dronk ik op de Club, die hier Civil Service Club heet! - thee met van Swinderen, gezantschapsecr. dienstdoend als consul. Een zeer geschikt iemand, maar zoo wonderlijk onwetend. Alleen over scheepvaartproblemen weet hij iets mede te deelen. Overigens vol eerbied voor mijn grijze haren. Ik gevoelde mij plotseling heel oud naast hem!
De post bracht mij plotseling, vereenzaamd, twee Vaderlanden, waarvoor hartelijk dank. Het stuk over schandaal in H. en het onderhoud met Speenhoff. Ik ben vooral benieuwd naar dàt deel van het gesprek dat niet in de krant staat! En bovenal je indruk van man en milieu! Vergeet vooral niet mij daarover te schrijven! <Heb je mijn brochure Currente Calamo? Daar staat een klein stukje over Speenhoff in. Lees dat eens en kijk of het goed is.>
Heden (dit onder ons) werd er gepolst of ik de reorganisatie van een der groote dagbladen Die Suyderstem op mij wilde nemen. Maar dat is niets voor mij. Ik heb de polser te kennen gegeven, dat ik mij als Nederlander niet geroepen voelde een Afrik. regeringsblad ter hand te nemen. Ik wil er wel in schrijven; maar verder basta. Ik heb nu morgen toch nog een onderhoud met de groote manitou, de emenence grise, de man die hier vrijwel volkomen autocratisch kabinetten samenstelt of onmogelijk maakt. Louis Esselin, een der adjudanten van wijlen Generaal Botha, thans almachtig, in de schaduw van Smuts verborgen. Zeer benieuwd naar deze wonderman. Mijn indrukken zal ik je niet onthouden.
Gisteravond was ik bij v.W.Louw. Zijn eerste kennismaking met de ‘moderne’ lett. was (toen hij nog als jongen in de Karroo woonde) Van Schagen! Als 8j dichtte hij godsdienstige gezangen in het Nederlandsch wat toen nog de schooltaal was. Eerst véél later heeft hij zich serieus met lett. bezig gehouden. Hij heeft laat, tegen zijn 30th, gedebuteerd. Verder veel discours over Uys Krige. Die kerel verhongerde in letterlijke zin. Een verschrikkelijke toestand. Toen kreeg hij een baantje als vertaler aan de regeringspropaganda uitzendingen. En nu valt de geheele ‘nasionale’ pers als wildebeesten op hem aan. Niemand uit het nasionale kamp heeft een pink uitgestoken om hem te helpen en nu hij, om vrouw en kind eten te geven, een ondergeschikt baantje (zonder eenige noodzaak tot persoonlijk optreden of initiatief (zonder [onleesbaar] vertaalwerk[?]) aanneemt is hij landverrajer. Leve het nasionalisme gvd.
De dagbladen melden hier dat er in Nederland groote en luide ontevredenheid heerscht over de heer De Geer, die door zijn dwaas optreden onnodige onrust in den lande en daarbuiten gezaaid heeft. Maar mijn vertrouwen in de dagbladen is slechts beperkt! Schrijf eens wat daarvan wààr is!
Als die artikelen in de Die Suyderstem door zouden gaan, zou ik het wel erg druk krijgen; maar het is, helaas, noodig om de schoorsteen aan het rooken te houden, hetgeen een zonderling beeld is in een subtropische zone. Dat zou dan worden per maand: 4 Suyderstem, 2 Trek, 2 Huisgenoot, 2 Brandwag (plus Nederlandsche medewerking) 10 art. per maand allen van 2 a[?].
Ik verneem daar de nalatenschap van Stempels bij Boucher verschijnt. Ik had die graag voor Gr.N. gehad met inleidend artikel van Adr. Morrien. Misschien dat Arthur het alsnog met Boucher kan regelen.
Ik ben verliefd op de camera van Spier. Ik hoop dat G.N. een rec. ex. gekregen heeft! De boeken komen hier ook in de boekhandel met een grote vertraging aan, H.A.U.M. heeft alles besteld en nog niets ontvangen. Ik ben ook benieuwd naar het boek van Arondeus over Thijs Maris. Het zal, vrees ik, weer wat overladen, té mooi zijn, als alles van dien belager van Urker visschers. Ik heb groote behoefte aan stof! Zonder nieuwe boeken geen critieken!
Eind Dec. moet ik voor de Radio (= uitzaaicorporasie!) spreken over Henriette RH.
16 Nov.
Vanmorgen voor de ‘Trek’ een stukje over Rauschning geschreven. Het ging mij slecht af. Maar zulk werk, hoe elementair ook, is hier nog veel meer noodig dan elders. Ze moeten er op de allereenvoudigste wijze met de haren bij gesleept worden. Wat ons doodgewoon en afgezaagd lijkt, is hier nieuw en een beangstigend wonder! V.W.L. die ik op straat tegen kwam en met wie ik een kopje koffie dronk (Kees was er ook bij) vertelde van een dame, niet dom en van zeer goeden wil, zeer vóór hem geporteerd, die hem naar aanleiding van ‘Loyale Verzet’ gevraagd had, hoe hij er toch toe kwam zulk volmaakt onbegrijpelijk proza te schrijven!!!! Het was hem juist heden ochtend overkomen en hij was er lichtelijk verslagen over. Stukjes, die hij voor zijn gevoel te simpel, te aanvankelijk vond, worden onverstaanbaar geacht!!! Zoo iets kenschetst de Toestand hier. Het alleréérste werk moet nog gedaan worden.
Ik kreeg een alleraardigste brief van Uys Krige. Hij is weer staatsdienaar en komt dus 17 Januari met het geheele gouvernement en alle ambtenaren naar Kaapstad. De regeeringszetel is nl. 6 mnd. in Kaapstad en 6 mnd. in Pretoria. Hij verheugt er zich zeer over en ik niet minder. Ik heb nog niets anders dan aardigs en prettigs over hem vernomen.
Verder ging de dag kalm voorbij. Ik las wat Verlaine, omdat ik in Gr.N. wil schrijven over dat door en door slechte Verlaineboekje van Carco.. Ik lees verder, voor de tweede maal, het dagboek van Willem de Clercq.
Maandag moet ik (geprèst, nadat ik eenmaal al bedankt heb) naar The Owl een soort kunstkring. Dat zou nog niet zoo erg zijn, als ik daar niet eenige woorden in het Engelsch godbetert moest zeggen! God geve mij een lichte ongesteldheid, op dat ik zonder te liegen af kan zeggen! Maar het ziet er niet naar uit: ik ben gezond van lijf en leden. Mijn eenige ziekte is het heimwee, maar die is niet in een virulent stadium vandaag en een Perronitis, die langzamerhand chronisch wordt.
Hedenavond heb ik voor het eerst na langen tijd weer eens met de muze verkeerd. Het resultaat een klein humoristisch dichtstukje, zal ik als het geheel af is een dubbel tikken en je er een afdrukje van doen toekomen.
Ik zit nu te wachten op vW.L. die zijn komst om 10 u. ('s avonds) aangezegd heeft. Hij is bezig zich te trainen om met 5 u. slaap toe te komen. Ik heb aan 10 u. nog niet genoeg! Ik word steeds gekker op slapen!
De avondbladen brachten de bevestiging van het volkomen krankzinnige bericht dat Nederland en Belgie, na hun verdiend en te voorzien fiasco, wéér met een vredesvoorstel voor den dag willen komen. Dat kàn toch niet waar zijn! Heeft men dan in ons lieve vaderland het hoofd verloren. Het is te gèk om geloofwaardig te zijn.
Ik ben benieuwd waarover je volgende Brandwachtartikel zal handelen. Er is wel wat papier (schoon dúúr!) uit Canada gekomen, zoodat het laatste no v de Brandwag er weer iets minder onderkommen uitzag.
Ik heb deze brief op mijn schrijftafel liggen. En telkens als ik zin heb schrijf ik er eenige regels bij. Dat is niet bevordelijk voor de compositie! Ik lees juist in de Nouvelles Littéraires, dat de correspondentie als kunstuiting herleeft: ik geloof niet dat de mijne in de edele wedstrijd om het schoone mee mag doen Nee: droogzandstijl.
Van 10-12 (middernacht) met vWL ‘geselst’ over de algemeen bekende koetjes en kalfjes.
17 Nov.
Van Gladstone Louw vernam ik dat Donkersloot weer van zijn vrouw af is. Hij heeft een tijd in Rotterdam bij zijn ouders gewoond en kwam dan alleen voor zijn colleges over. Nu schijnt hij weer in Amsterdam en in zijn woning te zijn. Werkelijk deze jongeman mag het dan in zijn loopbaan nogal getroffen hebben, op het stuk van de mens is hij er beroerd aan toe. Jany schreef mij dat deze vrouw wat lastig uitgevallen was.
Ik sta tegenwoordig maar op om ½ 7 en begin dan mijn dag met een artikel te dikteeren. Dan is om 9 u. mijn journalistieke plicht afgelopen. Dat bevalt mij wel. Alleen zien of ik het volhoud!
Na mijn morgentocht de stad in heb ik van 10½ -12½ Verlaine en over Verlaine gelezen. Let wel:
Ofschoon ik mij gezond als een visch voel, weet een mensch toch nooit wat hem boven het hoofd hangt. Als ik eerst, plotseling of niet!, kom te sterven wil jij dan het Nederlandsche beheer van G.N. op je nemen. v.R. blijft je natuurlijk graag helpen zoodat het wèrk niet overmatig is. Meer de leiding.
Het zou mij een grote gerustheid zijn als je dit mij verzekerde. Vergeet niet mij hierover te schrijven.
G.N. baart mij veel zorg en het bewustzijn dat ik daarvoor niet ben, wat ik zijn kan en zijn wilde, is ook een van de oorzaken dat ik mij hier niet op mijn gemak voel.
Vandaag weer een pak Vaderlanden van De Beiyer[?] aangekomen. De laatste van 22 Oct. De Buitenl. pol. is natuurlijk allang veranderd; maar van de rest wordt gesmùld, geen berichtje wordt overgeslagen! Ik vind de kunstrubriek wat mat. Vergis ik me daarin? Veel nuchtere berichtjes, weinig geschreven werk. Heb je zelf niet de indruk dat die rubriek wat aan de grijze kant gekomen is???
Je toneelkritieken verslonden.
Heden een Brandwacht verschenen met een serie artikels van mij: Door de oude wereld. Maar niets van UEd. Heb je wat gestuurd?? Kréég je de brief waarin ik je onderwerpen aangaf, welke het publiek hier zeer stellig interesseert??? O dat schrijven zonder te weten of het aankomt!!!!
Heb je Leopold gevraagd om een ex. van het No VB van Peter Steen, dat ik door de brand op de Jagersfontein in onderkomen staat aankreeg. Sterke waterschade!
Ik las in Het Vaderland over de intrede van Romein Ik hoop dat hij mij zijn rede zend en ik verlang ook Gegist Bestek te herlezen. Eens zien wat er van zulke beschouwingen nu nog over is.
De jongens gaan nog al eens naar het echtpaar Bijl-van Blankenstein. Aardige jongemenschen. Zij is pittig en vriendelijk tegelijk. Ik verbaas mij steeds weer over hun bekommerde omstandigheden, terwijl ik vB. voor een man in goeden doen houd. Is zij eenigst kind? Met 100 gld in de maand zouden ze dunkt me de koning te rijk zijn. Ze klagen nooit, zijn vrolijk en levendig; maar ik merk héél goed dat ze het krap en héél krap hebben.
Jan Jr. is nu na de 18e, e.d. 19e eeuw grondig gelezen te hebben Voltaire, Rousseau, Diderot, Choderlos, Stendhal, Gobineau, Merimee - bij Zola aangeland en is heden midden in Pot-bouille, dat hem boeit en ergert! Hij leest zeer consciëntieus. Kees heeft een heele documentatie historisch, economisch en litt. over Mexico verzameld.
Dit wonderlijke opschrift ontdek ik in Het Vaderland.
Waarom geen R.K. honden?
Het is bovendien onjuist. Er zijn juist héél veel Roomsche honden!
Is dit geen poging tot belediging van een volksgroep.
Ter Braak publiceert in zijn kroniek uittreksels uit een geheim dagboek; dat klinkt wat mysterieus. Wanneer het geheele dagboek inderdaad zou bestaan, moest het maar niet te lang verheimelijkt blijven. De ‘uittreksels’ geven vertrouwen in het geheel. N.R.C.
Ook ik verlang naar méér.
Kun je niet een gróóter fragment in het bijdragendeel van G.N. publiceeren. Een blz of 12 à 16.
Ik zie met plezier dat je dat Spook op Zolder een lor vindt. Na ‘Doppen....’ heeft Matthijs niets leesbaars meer geschreven.
Wat is de journalistiek toch een door en door verleugend bedrijf. Als je Het Vaderland zoo leest is het alsof er geen spoor, geen zweem, geen zuchtje van antiduitschheid in Nederland te bemerken valt. De kranten zijn als materiaal voor de as. geschiedschrijver onbruikbaar. Hij vind er niets van de stemming, niets van de volksgeest in terug.
18 nov Zaterdag
Wat doet Adriaan? Ik herken zijn hand zoo weinig in de Vaderlanden, welke ik uitspel.
Heb je gezien dat de luchtpost van Z.A. opgeslagen is? van 20 25 geworden + 12½ = 37½ c
Ik betaal 1sh 3p.=36+9=45c. Wonderlijk toch altijd die verschillen voor hetzelfde traject.
Met het oog op de in deze brief voorkomende passage in roode inkt stuur ik deze aangetekend. Ik wou hier over dolgraag p.o. antwoord.
Ik werd verheugd met de ontvangst van Michelet's Histoire de la Révolution Française in de Pleiade reeks. Ik las dadelijk de voorrede en zal spoedig het boek zelf lezen. Aty ging naar een film die bijzonder aardig moet zijn. The Wizzard of Oz. Hebben jullie die al gehad. Ik ging rustig wat werken op mijn veranda. Wijk L. + zijn Truida kwamen eten. De verdere avond al koutend gesleten.
29 Brumaire Michelet begint al te werken!
Heden gaan wij naar buiten en ons wijden aan een inheemsche vermaak vleis-braaie. Het schijnt dat vleesch in de vrije natuur op een houtvuur gebraden een bijzondere saveur heeft! Ze zijn er hier gek op. Ik denk een overblijfsel van de nomadengeest! Voortrekkers-vermaak! In elk geval gaan wij met VWL en Truida vleesbraaien ergens in een eenzaam dal. Het zal hoe dan ook een aangenaam tochtje zijn, want het is fraai weder.
Verslag van zondagstocht in volgende brief. Deze moet weg. Heel veel liefs van beiden. Geheel je Jan.
Origineel: Den Haag, Letterkundig Museum