Menno ter Braak
aan
J.M.B. Stolte
Den Haag, 24 november 1935
24 Nov. '35
B.H.
Mijn hartelijke gelukwenschen met je a.s. huwelijk, waarvan ik dezer dagen de aankondiging ontving. Aangezien ik je man niet ken, moet ik mij tot een abstracte felicitatie beperken, of liever: tot een eenzijdige. Het spijt me, dat ik geen gelegenheid had tot dusverre eens kennis met hem te maken. Mocht daartoe na jullie huwelijk eens de mogelijkheid bestaan, dan hoop ik dat verzuim in te halen. Voor jou persoonlijk heel veel goeds in deze nieuwe omstandigheden, waarvan ik zelf niet anders dan met altijd nog een verrast gezicht kan getuigen, dat ze zeer aangenaam en menschwaardig kunnen zijn.
hart. gr. ook van mijn vrouw en voor je man
je Menno
Origineel: Den Haag, Letterkundig Museum