Menno ter Braak
aan
Giacomo Antonini

Den Haag, 1 oktober [1937]

1 Oct.

 

B.G.

Neem me niet kwalijk, dat ik je pas zoo laat terugschrijf. Ik had het de laatste weken zoo druk, dat ik tot niets kwam, dat buiten de directie [onleesbaar] lag, de zaak Abel [onleesbaar] heeft zich tijdens mijn vacantie opgestapeld en is, eerlijk gezegd, vrijwel langs me heen gegaan. Ik ken nauwelijks iets van 's mans oeuvre en [stel] me dus ook liever maar geen partij. Bovendien; wat in de krant staat, gaat snel voorbij, en ik heb geen reden om voor dit geval een uitzondering te maken! In het algemeen immers is je correspondentie uitstekend.

Ik ben bijna door de ms. van Lussu heen, het heeft wat lang geduurd, maar het Italiaansch lezen valt me nog niet mee, vandaar. Ik vrees, dat Querido of een ander er moeilijk voor te interesseren zullen zijn, maar ik wil het geheel ten einde lezen.

Iets nieuws van Gallimard? Zeker wel niet.

h gr.

je Menno

 

Origineel: Den Haag, Letterkundig Museum

vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie