Hemelvaartsdag
‘... toen het etensklokje Hemelvarend Amsterdam naar huis riep...’ (Telegraaf)
Als de Pijpbuurt staat te gapen
Bij de bisons en de apen,
Waar je baby's, meisjes, knapen,
Schillen en papier kunt rapen,
Heet dit schouwspel uiteraard:
't Volk trekt op ten Hemelvaart.
Weg zijn de amoureuze listen,
Die mijn buurvrouw de typiste
(Net of we niet beter wisten!)
Aan mijn koud gemoed verkwistte...
Waar mijn somber oog ook staart,
Ook zij is ten Hemelvaart!
[p. 106]
Vroeger ging je nog es kijken
Hoeveel Nereus zou bereiken,
Of er ook een aantal lijken6
Op de kroegboot zou bezwijken;
't Was tenminste open kaart;
't Leek geen biet op Hemelvaart!
Amsterdam aan 't Hemelvaren
Op de woeste Schinkelbaren
Of in Zandvoort of in Laren
Toont U zonder commentaren,
Dat de stad het ergst ontaardt,
Als zij stijgt ten Hemelvaart.
7 juni 1924
Priktol
6Lijken die bezwijken? Ra, ra, hoe kan dat? - (X)