Nieuwe uitgaven

Willy Corsari, Het mysterie van de Mondschein-Sonate (Leopold's Uitg.-Mij., 's-Gravenhage, 1934).

De Haagsche Post heeft het detective-verhaal van Willy Corsari, dat een bijpassenden titel draagt, niet ten onrechte bekroond met een prijs voor het beste en boeiendste feuilleton. Wat inspecteur Lund deed en wat hij verzuimde te doen, zullen wij hier niet verklappen; dit genre ligt mevr. Corsari bizonder goed, daarmee willen wij volstaan. Het is niet gemakkelijk, een behoorlijken detectiveroman te vervaardigen, maar mevr. Corsari vertelt vlot en weet juist met dit luchtige amusementsgenre heel goed raad. Velen zullen zich met dit boek patent amuseeren en er vergoeding in vinden voor Krontjong - en andere problemen van het tweeslachtiger soort.

Menno ter Braak

Urbain van de Voorde, Essay over Karel van de Woestijne (C.A. Mees, Santpoort, 1934).

In zijn wat al te gloeienden, al te beeldsprakig-zwaren stijl heeft Urbain van der Voorde dit essay over den grooten Vlaamschen dichter geschreven. Zoo is het een karakteristiek geworden, die niet veel nieuwe gezichtspunten biedt, maar de traditioneele visie op Karel van de Woestijne lyrisch verbreedt. Vooral het dualisme van dezen geest wordt natuurlijk uitvoerig behandeld; dualisme van ‘den waren zinnendrang’ en ‘het mystisch Godsbetrachten’, dualisme van Germaansch ras en Latijnsche cultuur.

Mijn opvatting over persoonlijkheid en werk van v.d. Woestijne zou met die van Urbain van der Voorde in botsing komen, omdat ik zijn algemeene theorie over het dichterschap verwerp; en in v.d. Woestijne behandelt v.d. Voorde juist het dichterschap, zooals hij het ziet. In dit kader kan ik deze bijdrage dan ook slechts waardeeren; en over het kader zelf kan beter bij een andere gelegenheid weer eens gediscussieerd worden.

Menno ter Braak