Nederlandsche taal en letterkunde

Nieuwe uitgaven

De spellingquaestie is nog altijd niet bevredigend opgelost en ergo gaat het spellingprobleem voort de gemoederen sterk te verhitten (tenminste bepaalde gemoederen). Dat blijkt b.v. uit het boekje van dr H.B.A. Boekwinkel, getiteld Taaltucht door de School van Kollewijn, onder het motto: ‘Eerbied voor het Levende Nederlands’ (Noord-Holl. Uitg. Mij. Amsterdam 1937). Prof. dr P. Gerlach Royen heeft er een voorwoord bij geschreven, en de strekking van het betoog kan dus niet twijfelachtig zijn.

De schrijver richt zich tegen de verdedigers van De Vries en te Winkel, b.v. tegen dr Wille en prof. Huizinga. Zijn argumentatie heeft het voordeel van op veel gezond verstand te zijn gebaseerd, en voor de rest.... wij heropenen het debat niet nogmaals.

Intusschen zijn bij C.A. Mees te Santpoort de Herinneringen van dr R.A. Kolewijn verschenen. Zij werden reeds in 1932 gedrukt, maar worden pas nu in den handel gebracht, bij gelegenheid van den 80sten verjaardag van den auteur.

Het boekje heeft vrijwel geheel een anecdotisch karakter. M. Kollewijn vertelt over zijn leven, over zijn aandeel in het spellingvraagstuk, over zijn alter ego Brandt van Doorne en over nog veel meer. Maar het blijven mémoires in den beperkten zin van het woord, die echter voor vele medestanders wel bekoring zullen hebben.

* * *

Van den Vos Reinaerde. oorspronkelijk uitgegeven door Kaakebeen en Ligthart, trekt gelukkig nog steeds de belangstelling, want de achtste druk, thans bewerkt door dr D.C. Tinbergen, is van de pers gekomen (bij J.B. Wolters, Groningen). Het is een alleraardigst en handzaam deeltje, dat door zijn illustraties aan attractie wint. Een nieuwe inleiding geeft den stand van het Reinaertonderzoek weer, zoodat men den negenden druk spoedig mag verwachten, als de uitgave de belangstelling, die haar toekomt, blijft trekken!

Bij denzelfden uitgever is het tweede deel verschenen van Nederlandse Letterkunde door dr A.J. de Jong. Het boek lijkt voor schoolgebruik zeer geschikt, en op volledigheid maakt de auteur geen aanspraak.

M.t.B.