D.A.M. Binnendijk
aan
Menno ter Braak [Rotterdam]
Baarn, 28 september 1929
Baarn, 28-9-29
Beste Menno,
Wat allervervelendst! Hoe gaat het nu met Hannie? Onze beste wenschen voor haar spoedige beterschap. Ik begrijp, dat een bezoek de volgende week tot de onmogelijkheden moet behooren; maar we rekenen alvast op de daaropvolgende. Op jou dan in elk geval, want inderdaad: het is de vraag, of Hannie dan al reisvaardig kan zijn.
Proost ontving ik in dank; het stuk is ter zetterij. Over Remarque zal Nijhoff schrijven, meldde Henny. Ik hoop nu maar, dat jij nog niet begonnen bent. Wij moeten een met zooveel moeite los te krijgen artikel van Pom in eere houden; wat natuurlijk niet wil zeggen, dat jij je voor die luilak moet offeren. Intusschen, om Vader Brugmans te citeeren, hij is bezig aan een paar drama's en zond mij voor Erts een uitstekend vers!, terwijl hij nog meer in voorraad scheen te hebben. Ook ik ben weer aan de poëtische slag gegaan, en niet slecht al zeg ik het zelf. Ik durf zooiets wel over mijn eigen werk loslaten, omdat ik overcritisch genoeg ben, dunkt me.
Hierbij sluit ik in een essaytje, dat Emmy voor Erts zond. Wil je het niet hebben, stuur het dan direct terug, om het event. in De Vr. Bladen te kunnen zetten. Creatief proza had ze momenteel niet: haar roman is ter perse, en losse novellen bezat ze niet. Wij zijn dus wel op dit, overigens alleraardigst uit de hoek schietend, stukje aangewezen.
Kreeg jij ook een huwelijksaankondiging van Hansje van Raamsdonk? Zij gaat a.s. Dinsdag trouwen met Prof. De Beaufort, een weduwnaar van 50 jaar, zeer bemind en kwiek niettemin. Twee zoons van hem zitten op het lyceum; een in de hoogste klas!! Vraag: met wie gaat Hansje naar bed?
Nou ouwe jongen, het beste met Hannie, groet haar namens ons beiden hartelijk, en wees zelf gehanddrukt door
Enny en Dirk
Stuur mij eens een NRC-feuilleton van je over film; ik lees die krant niet.
Origineel: Den Haag, Letterkundig Museum